Het begint te dagen hoe omvattend we in de gaten worden gehouden zonder dat daar enige verdenking, laat staan een rechterlijk bevel, aan te pas komt. Het is de bedoeling dat al die informatie netjes bij elkaar wordt geschraapt, maar de praktijk wijst uit dat de overheid geregeld haar bevoegdheden te buiten gaat en haar wettelijke plichten vaak negeert.
Politiediensten vragen bij bedrijven routineus data over ons op waartoe ze geen toegang horen te hebben; gescande kentekens worden langer bewaard dan is toegestaan; procedures waarin is vastgelegd wie onder welke omstandigheden toegang tot dataverzamelingen hebben, worden slordig nageleefd; dataverzamelingen worden slecht beheerd, en soms onveilig opgeslagen. In de wet vastgelegde evaluaties worden niet geleverd. Voorts is de Wet Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten sinds 2002 al een paar keer aangepast, omdat de opsporingsdiensten die wet geregeld bleken te overtreden – wat het parlement steevast beloonde, door de formele bevoegdheden dan maar aan de illegale praktijk aan te passen.
Hoeveel nut die datagekte heeft? Daarover tasten we in het duister. De overheid beweert dat al dat volgen, vergaren en controleren cruciaal is voor onze veiligheid, doch onderbouwt die stelling zelden. Openheid geven over deze methodes zou mensen met foute bedoelingen immers op ideeën kunnen brengen. Een flauw argument: alsof criminelen en terroristen niet allang weten dat telefoons kunnen worden getapt, de locatie van mobieltjes kan worden gepeild, mails kunnen worden onderschept en geld kan worden gevolgd.
Indien niemand weet wat de overheid nu precies tapt en opvraagt, noch hoe zij gegevens kruist en verwerkt, valt er geen enkele uitspraak te doen over het nut van dat al. Helpt het ons inderdaad, dat wij onze privacy kennelijk allemaal moeten hebben opgeven? Vang je daar nou écht boeven mee, die je anders niet zou hebben gevangen?
Ik wil voorstellen dat het Openbaar Ministerie voortaan bij elke strafzaak de rechtbank inzage geeft in de gebruikte gegevensstromen. Welke data zijn verzameld, waar en bij wie zijn ze opgevraagd, op grond van welke wetten? Hoe vaak moest daar een gerechtelijk bevel aan te pas komen, wanneer is gebruik gemaakt van ‘vrijelijk’ verzamelde data?
De rechtbanken houden op hun beurt vervolgens statistieken bij over de datarecherche. Hoe vaak vinden zij de opgevraagde of verzamelde data relevant voor de beschuldiging, hoe vaak levert zulke data hooguit ondersteunend bewijs op, hoe vaak onmisbaar bewijs? Pas dan kunnen we de effectiviteit van al dat jagen op data enigszins beoordelen.
Zo’n traject, waarin rechters zich over oorsprong en belang van de aangevoerde data moeten buigen, legt extra beslag op de rechtbanken. Maar als de overheid zelf nalaat verantwoording af te leggen, is dit de enige oplossing. Geen datarecherche zonder datarechter!
PS:
Zit je middenin het grootste afluisterschandaal van de afgelopen eeuw, en merk je tot je eigen ontsteltenis – terwijl werkelijk ál je haren steil overeind staan van alle pijnlijke onthullingen en de politieke implicaties daarvan – dat het je werkelijk niet lukt daar gepast scherp over te schrijven.
Wat ik ook zeg over de affaire: alles pakt voor mijn gevoel flauw en obligaat uit. Alsof ik een verplicht nummer afwerk. Want al wekenlang zit mijn hoofd elders. Terwijl ik liefst wil vertellen hoe onzeglijk groot de invloed van de afluisterstaat op ons private leven is, zit ik tussentijds gevangen in mijn eigen persoonlijke besognes.