De pers betracht objectiviteit. Natuurlijk maakt elk medium zijn eigen keuzes in wat het nieuwswaardig acht, maar in de presentatie van items beogen ze balans: ze trekken uitspraken en feiten na, plegen hoor en wederhoor, trachten andere zienswijzen over het voetlicht te brengen.
Alleen werkt dat niet altijd.
De discussie over klimaatsverandering veegde de vloer aan met die gewrochte objectiviteit. Jarenlang poogde zowat elke redactie keurig gebalanceerde bijdragen te maken, en gaf klimaatsceptici derhalve volop gelegenheid om wetenschappers aan te vallen die zeiden dat er iets dramatisch gaande was met ons klimaat.
Een jaar of vijf geleden veranderde dat. Gaandeweg drong tot ons door dat de sceptici tezamen een slordige 0,5% van de klimaatwetenschappers vertegenwoordigden, en de overige 99,5% het akelig eens was: ons klimaat is hard aan het veranderen. De gefêteerde objectiviteit had erin geresulteerd dat de media een kleine groep fringe wetenschappers een even groot podium gaf als de immens grotere groep reguliere wetenschappers. En juist die krampachtige gelijkschakeling maakte dat klimaatsceptici een veel ruimer podium werd toebedeeld dan hun argumenten toekwam.
Momenteel worden zowat elke maand oude temperatuurrecords gebroken: de aarde warmt sneller op dan we konden bevroeden. Waren we niet zo dol geweest op controverse en ‘objectieve’ verslaggeving. dan waren beide standpunten niet zo lang als gelijkwaardige opties gepresenteerd. Mogelijk hadden we er dan nu wat beter voor gestaan, qua klimaatbesef en -maatregelen…
In de verslaggeving over de Amerikaanse presidentskandidaten is momenteel iets vergelijkbaars gaande. ‘Trump liegt’, roept het ene kamp. ‘Ja, maar Hillary ook!’ krijt het andere. De journalistiek rapporteert braaf: beide kandidaten liegen.
Tsjonge jonge. Politici liegen regelmatig… Werkelijk: is dat nieuws?
Nicholas Kristof maakte afgelopen weekend in The New York Times korte metten met dat argument. Ja, Clinton heeft geregeld gelogen. Ze verdoezelt standpunten die ze eerder heeft verkondigd, ze liegt over haar e-mailserver en de uitkomsten van het FBI-onderzoek daaromtrent, en nee, niet al haar verhalen over wat ze heeft gedaan of meegemaakt zijn accuraat. En ja, Donald Trump liegt óók.
Maar die twee dingen zijn niet gelijkwaardig. Je kunt de ene leugen niet simpelweg tegen de andere wegstrepen, en doen alsof het feit dat ze allebei liegen ze ‘dus’ gelijkwaardig immoreel maakt. Want Trump ontkent morgen regelrecht alles wat hij gisteren nog met verve heeft bepleit, hij spuwt onwaarheid na onwaarheid – sommige factcheckers kwamen er zelfs op uit dat hij nog geen minuut zonder leugen kan speechen – en wat meer is: al zijn leugens dienen uitsluitend zichzelf.
Clinton liegt, maar niet meer dan andere politici doen. De leugens van Trump zijn van een andere orde, en wanneer journalisten dat verschil niet benoemen, verzuipen wij straks allemaal in valse objectiviteit.