English preface:
If you’re looking for the Suicide Methods File that used to be on my website, I’m not hosting a copy any more. The Methods File was too sloppy and too inaccurate, and thus not worth the hassle (read: being tarred by sloppy journalism) that it caused me. If you’re interested in methods, you’re better off studying wikipedia.org/wiki/Suicide_methods. Meanwhile, I redirected the old url for the Methods File that I hosted to an article that I wrote about the benefits of open-minded discussion about suicide. That column has become the starting point for an amazing discussion amongst people who ponder suicide, people who can’t understand suicide, and people who have suffered because of the suicide of their nearest and dearest. You’ll find that discussion in the comments. It’s all in Dutch, however.
Nederlands voorwoord:
Op mijn oude site stond een kopie van de Methods File, een overzicht van manieren om zelfmoord te plegen. Na de reorganisatie van mijn site (zomer 2008) heb ik besloten de Methods File niet langer te hosten, om twee redenen:
- De Methods File was op veel punten onnauwkeurig of onvolledig
- Ik heb er geregeld gedoe over gehad (nare publiciteit en dergelijke), en als de tekst goed & degelijk was geweest had ik dat gedoe graag voor lief genomen, maar vanwege al zijn gebreken was-ie me dat niet langer waard. Wie een alternatief voor de Methods File zoekt, kan beter terecht op http://en.wikipedia.org/wiki/Suicide; die informatie is aanzienlijk degelijker.
Omdat de Methods File niettemin nog steeds veel werd opgevraagd op mijn site en die bezoekers ervolgens op een dode pagina belandden, heb ik een redirect gemaakt die naar een column leidt die gaat over nut & risico van het openlijk praten over zelfmoord; die column staat hieronder. In de maanden daarna is deze tekst getransformeerd tot een lang en openhartig gesprek tussen allerlei mensen over zelfmoord: een gesprek tussen mensen die er na aan toe zijn (of zijn geweest), mensen die zelfmoord niet begrijpen of afwijzen, en mensen die te maken hebben met de gevolgen van andermens’ zelfmoord. Het is de meest gelezen en drukst bezochte discussie op mijn website, en ik vind het een parel. Ik wil iedereen die hier leest en schrijft bedanken voor hun eerlijkheid: ze helpen allemaal om een breekbaar maar imposant monument op te richten voor openlijke discussie over moeilijke en erg pijnlijke kwesties.
Zelfmoord gaat niet op recept
JE ZOU SOMS ÉCHT denken dat mensen niet weten waarover ze het hebben. “Als mensen nu een recept vinden in zo’n discussiegroep over zelfmoord, dan is dat misschien het laatste duwtje voor ze. Je maakt het ze te makkelijk.” Zulke argumenten vlogen over tafel toen in januari van dit jaar bekend werd dat er een ‘zelfmoord site’ op het Nederlandse deel van het Internet stond, en worden nu opnieuw aangehaald nu er plannen zijn voor de oprichting van een Nederlandse discussiegroep over zelfmoord.
Zelfmoord is nimmer makkelijk en niemand doet luchthartig een poging daartoe. De betrouwbare middelen zijn meer dan bekend, je hebt geen webpages of farmaceutische repertoria nodig om die te weten te komen. Vrijwel alle effectieve manieren om dood te gaan zijn gruwelijk cru ophanging, verstikking, verdrinking, koolstofvergiftiging, kogels en arsenicum. En alle zachtere middelen, in de vorm van medicijnen, zijn vrijwel onbereikbaar. Aan een overdosis barbituraten gaat haast niemand dood, hoewel je de ongelukkige pubers niet de kost moet geven die denken dat je met moeders valium of een doosje aspirine een heel eind komt.
Ooit, ik was midden twintig en diep en langdurig ongelukkig, wilde ik dood. Ik sprak daar ternauwernood over. De mensen tegenover wie ik daar uiteindelijk voorzichtig iets over losliet, wilden er niet op reageren. “Kop op meid, zo erg is het vast niet,” zeiden ze, of “het gaat wel over, wacht maar af”, of “zelfmoord is egoïstisch, het is een schreeuw om aandacht”. Dan hield ik mijn mond verder maar.
Op een avond besloot ik dat het heus genoeg was geweest. Curieus genoeg gaf die beslissing enorme verlichting ik kon in de paar weken daarna beter doen alsof, en vond tijdelijk de kracht om allerlei dingen te regelen. Ik bezocht mijn vrienden en deed opgewekt (uitsluitend om hun latere gedachte dat het aan hen had gelegen, voor te willen zijn en die in de kiem te smoren). Ik attendeerde een woningzoekende kennis op het feit dat ik binnenkort ging verhuizen, en gaf hem het adres van mijn verhuurder. Ik schreef brieven en legde die klaar. Ik betaalde rekeningen en zegde de huur op.
Op een koude maandagmiddag heb ik bij vijf verschillende apotheken vijf doosjes aspirine gekocht en alle honderd pillen doorgeslikt, waarna ik op bed ging liggen. De nacht ervoor had ik expres niet geslapen, in de hoop dat de uitputting in combinatie met de aspirines zou maken dat ik in slaap viel voordat mijn maag zou gaan opspelen. Ik werd gruwelijk ziek. Binnen een half uur kroop de kots omhoog bij elke beweging die ik maakte, zodat mezelf ijselijk stil hield. De uren kropen voorbij, ik ijlde half, en als ik na een halve dag op de klok keek bleken er hooguit vijf minuten verstreken te zijn.
Zes uur nadat ik die aspirines had geslikt en nog geen spoor van slaperigheid vertoonde, heb ik – verslagen, het was een nederlaag – de telefoon gepakt en een ambulance gewaarschuwd. Waarna het leegpompen der maag volgde, de verplichte gesprekken met een psychiater, de boze reacties van ouders en vrienden. Maar niemand die me vroeg waarom ik nu zo hard dood had gewild en hoe het was om daarin mislukt te zijn.
Toen wist ik niet dat aspirines niet helpen. Nu wel. Later – de gedachte aan zelfmoord blijkt een onvervreemdbaar deel van me – leerde ik over andere, effectiever methodes. Het opmerkelijke is die kennis helpt. De wetenschap dat ik zelfmoord kan plegen als ik dat onontkoombaar acht, heeft me nadien al meermalen door langdurige depressies heen gesleept het kan namelijk altijd nog. Te weten dat er een uitweg is maakt donkere periodes aanzienlijk draaglijker.
WAT IK SINDSDIEN (en daardoor) heb geleerd is dit het helpt immens om te weten dat je doodsdrang serieus wordt genomen en niet onbespreekbaar is of terzijde wordt geschoven. Sterker du moment dat iemand daadwerkelijk weet hoe eventueel een einde aan zijn leven te maken, wordt het relatief makkelijker om onder ogen te zien wat hem dan nog wel aan het leven bindt.
Voor wat betreft informatie die op websites – sinds jaar en dag ook op de mijne – te vinden is en de angst dat die mensen net dat duwtje geeft wat ze zoeken het is nimmer bewezen (hoe graag sommige wetenschappers dat ook zouden willen) dat het voorhanden zijn van adequate informatie tot meer zelfmoorden leidt. Er lijkt eerder sprake van een verschuiving in gekozen methodes mensen die toch al dood wilden kozen een minder pijnlijke of effectiever methode.
Ik overleefde mijn poging, serieus als hij was. Mensen die zelfmoord overleven, zijn vaak later blij dat ze er niet in geslaagd zijn, beweren onderzoekers regelmatig. Echter, zulk onderzoek is niet alleen uit de aard der zaak bevooroordeeld – de doden spreken niet, en zij die opgelucht zijn dat hun poging is gelukt komen per definitie niet in de statistieken voor – ook is het evident dat zij die overtuigd dood wilden, hardere methodes kiezen dan degenen die vooral een signaal willen geven, die willen zeggen dat ze het niet meer aan kunnen, maar wellicht, ergens, in een hoekje van hun geest, niet echt dood willen.
Met andere woorden: de overlevingskans onder de mensen die zich hebben toegelegd op hun dood is kleiner, terwijl die van degenen die in een opwelling of uit ernstige, doch onvoorbereide drang een poging doen, klein is. En ingewikkelder nog had ik toen het loodje gelegd, dan had ik later überhaupt geen spijt kunnen hebben. Ik was dan immers nu dood.
De grootste vergissing van iedereen die zich verzet tegen het verspreiden van informatie over zelfmoord (en over hoe dat vooral niet te doen), is dat ze denken dat potentiële zelfmoordenaars zo labiel zijn dat ze alles aangrijpen. Deden ze dat inderdaad, dan reed er geen trein meer op tijd en waren alle treinmachinisten overspannen.