Bijgeloof en beschaving

Afrikaanse sjamaan, houtgravureDie bevolking daar was waarschijnlijk bijgelovig, kon je in het westen nog wel eens horen wanneer in Liberia of Kenia een inderhaast opgebouwde ebolakliniek door een lokale groepering werd platgebrand. Die mensen zagen dat hun geliefden en dorpsgenoten ziek de kliniek ingingen en er vaak dood weer uitkwamen, en dachten: dat kon niet pluis zijn. Ze werden er vast vermoord. Hup, dan maar de fik in die kliniek. Wat een onwetendheid van die mensen, he? Daar hadden ze toch mooi zichzelf maar mee!

Ze wantrouwden buitenstaanders daar, hoorden we hier wel als verklaring wanneer medewerkers van Artsen Zonder Grenzen of het Rode Kruis werden vermoord. Zo raar! Zo kortzichtig! Die mensen in witte jassen kwamen toch om ze te helpen? Konden ze daar niet wat dankbaarder zijn voor al ‘onze’ inspanningen?

Die mensen daar snapten niets van moderne geneeskunde, bromden mensen hier wel. Tsja, slecht opgeleid he, dan krijg je dat. En ze vertrouwden liever op hun eigen medicijnmannen, hoe dom en bijgelovig kon je toch zijn.

Je vraagt je intussen af hoe mensen daar nu tegen ons zouden aankijken, als ze hoorden wat hier gaande is. Meewarigheid zou ons deel zijn. We hebben immers een groeiend aantal mensen die denken dat je doodziek wordt wanneer je mondmaskertjes draagt, en die menen zichzelf effectief tegen een nieuw, potentieel dodelijk virus te kunnen beschermen met vitamine D, of met zink, of die overtuigd zijn dat ze ‘onschendbaar’ zijn en het virus niet kunnen krijgen. Met mensen die oprecht geloven dat een vaccin tegen dat virus een microchip bevat die hun dna aanpast en hen in robots zal doen veranderen. Met mensen die tientallen decennia aan kennis, kunde en ervaring klakkeloos terzijde schuiven en zich daar trots op beroepen.

Aan bijgeloof inmiddels geen gebrek. Er is zelfs een iteratie van het aloude, antisemitische complotsprookje van stal gehaald: onze ‘elite’ zou kinderen verhandelen en het bloed van baby’s drinken.  De mensen die beweren ons tegen een onzichtbare ziekte te willen beschermen, doen dat alleen omdat ze eropuit zijn om ons hun wil op te leggen.

En alles lijkt gelegitimeerd: spugen op politici en die uitjouwen, journalisten lastigvallen, verpleegkundigen belagen, buschauffeurs in elkaar trappen, zorgverleners dood wensen, wetenschappers tot moordenaar of machtswellusteling verklaren.

En intussen gaat het met de aanpak van de vermeende ‘elite’ ook niet goed. Het kabinet zwalkt, het OMT heeft zijn onafhankelijkheid slecht bewaakt, de testcapaciteit blijft achter, het contactonderzoek ligt volledig op z’n gat, de ziekenhuizen moeten de normale zorg opgeven en de zorgverleners lopen op hun laatste benen.

En de besmettingen, die blijven stijgen. Intussen zit iedereen die weet dat-ie extra kwetsbaar is, al maanden achtereen thuis, en wordt hen verteld dat ze zich wellicht moeten ‘opofferen’ om de jonkies meer ruimte te geven.

Oh brave new world, that has such idiots in it.

[Beeld: Afrikaanse sjamaan, houtgravure, Wellcome Collection]

Journalistiek versus voxpop

Beeld: PxfuelBij elke grote crisis die de laatste jaren op ons afkwam, wordt de wetenschap in twijfel getrokken. Dat gebeurde bij de opwarming van de aarde en de rol van fossiele brandstof daarin, en nu bij de coronapandemie. Het gaat niet eens over fake news, al speelt ook dat een rol. Het gaat vooral over mensen die hun argwaan jegens instituties inmiddels hebben omgezet in een breedspectrum wantrouwen.

Deels betreft het mensen die alles aangrijpen om twijfel te zaaien over zowat alle instituties: wetenschap, politiek en de rechtstaat zelf. Deels zijn het mensen die denken dat solide kennis vergaren een fluitje van een cent is, en dat een avondje Facebook-berichten lezen volstaat om beslagen ten ijs te komen.

Tegen mensen die zo opereren, lijkt geen kruid gewassen. Wie al meent te weten hoe de vork in de steel zit, zet zijn overtuiging kracht bij door zich hapsnap lezend vast te houden aan elk bericht dat hem in zijn mening sterkt, en alles wat dat tegenspreekt, af te doen als ‘hullie’ die ‘ons’ willen bedonderen. Ik ben het er niet mee eens, dan kan het niet kloppen.

Dat is de antithese van kennis vergaren. Dat laatste veronderstelt: je hypotheses testen en durven verwerpen, kritiek op je bevindingen serieus nemen, je aanvankelijke standpunt kunnen overstijgen, en streven naar beter begrip – oftewel: een open debat voeren, geschraagd op feiten en gedegen inzichten. Wat we nu zien: jezelf ingraven, jezelf afsluiten, je eigen ‘gevoel’ als uitgangspunt en maatstaf nemen, geen tegengeluid dulden, en contraire opinies verdacht maken. Dat het OMT zich soms als een belegerde instantie gedraagt en kritiek afweert, helpt niet.

De aandacht van de media voor ‘verzet’ en ‘afwijkende opinies’ maakt het er niet beter op. Niet dat je tegenstemmen moet negeren, in tegendeel, maar om er nu een dagelijkse – en vrij oppervlakkige – serie van te maken, zoals Nieuwsuur momenteel doet, is het andere uiterste. Kritiekloos profileren wie het in welk land het allemaal ‘niet eens’ zijn met overheidspogingen het virus in te dammen, zorgt eerder voor verdere ondermijning van beleidsmaatregelen dan voor een verbeterde aanpak. Wat dat betreft was de uitnodiging van IC-deskundige Diederik Gommerts aan #ikdoenietmeermee-voorvrouw Famke Louise om nu eens écht door te praten, aanzienlijk verstandiger: haar kritiek smolt bij nader inzien weg als sneeuw voor de zon.

Je hoeft de adviezen van het OMT niet braaf op te lepelen, noch elke maatregel voor zoete koek te slikken. Wat je wel kunt doen: vragen hoe beslissingen tot stand zijn gekomen, nagaan waarop die zijn gebaseerd, uitzoeken hoe ze zich tot elkaar verhouden, controleren hoe ze worden uitgevoerd, en wat daarvan de consequenties zijn. (En gezien de barre resultaten mag je je afvragen of de huidige strategie van pappen en nathouden zinnig is.)

Maar hou op met de voxpopjes. Ze voeden ressentiment, en zijn even zinnig als een astroloog vragen wat de beste remedie tegen kanker is.

[Beeld: Pxfuel]

Minkukels

Voor mijn part ‘geloof’ je niet in corona, en er de pest in hebben dat de maatregelen om de stijgende verspreiding een halt toe te roepen weer worden verscherpt, is volkomen logisch. Voor veel mensen zijn die bovendien financieel een harde dobber, of zelfs de laatste druppel. (Juist om die reden was ik tegen van het rappe tempo waarmee we vanaf juli uit de lockdown gingen – hadden we eerst de testcapaciteit en het bron- en contactonderzoek op poten gezet, en terdege bekeken hoe elke versoepeling uitpakte, dan waren ook wij nu waar Duitsland al lang is – amper nog besmettingen, en hoofdzakelijk klein, relatief beheersbare uitbraken.)

Voor mijn part ‘geloof’ je niet in corona, of denk je dat je zelf niet besmettelijk bent. Maar het duurt soms een week voor je doorkrijgt dat je drager bent geworden, en dan nog hoef je zelf geen symptomen te hebben om tussentijds volop anderen te kunnen aansteken. Een maskertje draag je niet alleen voor jezelf: je voorkomt ermee dat je per ongeluk, en zonder het te weten, een ander besmet. Je moeder. Je lief. Je kind. Die aardige collega, of je beste maat.

Voor mijn part ‘geloof’ je niet in corona, en wil je geen mondmasker dragen. Maar aanvaard dan de consequenties: blijf weg uit het openbaar vervoer, en je boodschappen bestel je maar online. En doe niet alsof mensen die wel een maskertje dragen, zich laten muilkorven. Je bent geen haar beter dan zij.

Zeur evenmin dat je met zo’n frutsel op ‘haast niet kunt ademhalen’: de artsen en verpleegkundigen die je ouders, je buren en met pech straks ook jou moeten verzorgen, hebben maandenlang een aanzienlijk dikker en stugger mondkapje moeten dragen, soms hele diensten achter elkaar, met overuren erbij. Ze hadden daar nog handschoenen, een spatbril en haarnetje bij. Zij klaagden niet over benauwdheid, zelfs niet over de absurde werkdruk – ze zeiden alleen dat ze doodmoe waren, en bang.

Voor mijn part ‘geloof’ je niet in corona. Maar noem jezelf geen ‘vrijheidsstrijder’ als je expres te dicht bij een politicus gaat staan en die in het gezicht blaat of naar een van hen spuugt. Noem het geen ‘verzetsdaad’ als je een verpleegtehuis dat dicht moest vanwege een rondwarende uitbraak, opbelt om het personeel dood te wensen. En wie met een groepje gelijkgestemden bij een school gaat protesteren, uitgerust met borden met daarop ‘mondkap = kindermishandeling’, doet weinig meer dan zichzelf belachelijk maken, de kinderen schrik aanjagen, de docenten van slag brengen en kindermishandeling ernstig devalueren. Dan ben je gewoon een minkukel.

Voor mijn part ‘geloof’ je niet in corona. Maar intussen krijgt het er alle schijn van dat zulk ongeloof vooral hardop wordt geventileerd door mensen die zich god in eigen ego wanen, en wier vrijheid er hoofdzakelijk uit bestaat dat de rest mag stikken.

De coronamaatregelen in acht nemen, wordt zo welhaast een bewijs van beschaving, en het mondmasker een teken van weldenkendheid.

[Beeld: leo2014 via Pixabay]

Na slim kwam soft

logo Red TeamWeer een lockdown, ditmaal een softe. Ik ben blij toe: de besmettingen nemen hand over hand toe, zelfs terwijl de testcapaciteit in elkaar donderde. De afgelopen zeven dagen werden er gemiddeld 2651 positieve tests per dag gemeld, tegen 1799 een week eerder. Ook de ziekenhuisopnames stijgen ‘ineens’ hard (heus, die kon je zien aankomen). Het reproductiegetal zit al een tijdje boven de 1,3 – en alles boven de 1 is foute boel: het betekent exponentiële groei van het virus.

Maar de maatregelen die gisteren zijn aangekondigd, zijn niet voldoende. Het kabinet moet minder op de verantwoordelijkheid van burgers sturen, en die van zichzelf ter hand nemen. Ik heb wel wat suggesties.

Ga uit van het voorzorgsprinicipe, zoals Femke Halsema gisteren bepleitte, en voer een mondkapjesplicht in. Die helpen verdere verspreiding tegen te gaan, zeker wanneer iedereen ze draagt, op plekken waar afstand houden moeilijk is. Stel ze verplicht in scholen, winkels, overheidsgebouwen, theaters, bioscopen, en vooral in de zorg. Het is krankjorum dat in ziekenhuizen niet iedereen zo’n ding draagt.

Breng de labcapaciteit fors omhoog en breng de testen dichterbij. Laat ze bijvoorbeeld in huisartsenposten afnemen, en geef iedereen die daar behoefte aan heeft meteen het griepvaccin van het seizoen: ook nog een griepgolf erbij is het laatste wat we kunnen gebruiken.

Coronadashboard, besmettingen maart t/m september

Zet het bron- en contactonderzoek beter op: dat kan weer werken als we het reproductiegetal omlaag krijgen, en we zullen het hard nodig hebben totdat er een veilig vaccin is. Zorg dat iedereen die getraceerd is, zich snel kan laten testen: mensen die geïnfecteerd zijn maar (nog) geen symptomen hebben, kunnen het virus doorgeven.

Zorg dat iedereen die snottert, snel kan worden getest. Dat zal later verduveld handig zijn, als mensen na de infectie te maken krijgen met langdurige effecten ervan (wat nu long covid is gaan heten), zich moeten beroepen op extra zorg, revalidatie of uitkeringen. Een bewijs dat ze corona hebben gehad, zal soms bittere noodzaak zijn wil het UWV of hun arbeidsongeschiktheidsverzekering hun conditie accepteren.

Regel dat AOV-verzekeraars en hypotheekverstrekkers niet mogen vragen of je covid-19 hebt gehad en op grond van een doorgemaakte besmetting je individuele ‘risico’ niet hoger mogen inschalen.

Zorg dat iedereen die positief getest is, een week lang ziekteverlof krijgt, betaald door de overheid – dat maakt het voor mensen die niet thuis kunnen doorwerken eenvoudiger om in quarantaine te gaan, en legt de lasten niet eenzijdig bij de werkgevers. Vraag maatschappelijke organisaties om in te springen met dingen als boodschappen doen. Zet arbeidspools op voor bedrijven waar veel werknemers uitvallen.

Als dat allemaal geregeld is, en we zitten weer onder een infectiegraad van 1, dan zijn we robuuster, en zijn we weer in staat om voorzichtigjes de maatregelen te versoepelen. Het kabinet moet minder zeuren over ons gedrag, en zelf de regie nemen.

[Beeld: logo van het Red Team Covid-19 Nederland / @C19RedTeam]

Niet zonder weerstand

In haar prachtige essaybundel Frictie, die kort voor de zomer verscheen, beschrijft Miriam Rasch onder meer hoe allerlei technologie – van apps tot apparaten – ‘gemak’ beloven, een frictieloos bestaan. Ze nemen taakjes van ons over, bewijzen ons diensten en zorgen voor ons, als een legertje elektronische dienstbodes die altijd voor ons paraat staan.

Het hoogste streven is dat tussen wens en daad amper afstand resteert: nog voor de melk op is, heeft je koelkast al een vers pak voor je besteld. Apps beloven te anticiperen op je behoeften. De slimme thermostaat floept aan zodra hij merkt dat je onderweg naar huis bent; je koffiemachine krijgt een seintje om je eerste bakkie troost te maken, net voordat je slaapapp besluit dat het ideale moment is aangebroken om je wakker te maken.

Die droom is niet zonder gevaren. Zulke apps zitten bomvol surveillancesensors, en ze delen hun over jou vergaarde data zonder je medeweten – laat staan je instemming – met allerlei nieuwsgierige bedrijven. Ze zijn vaak slecht beveiligd, zodat ook ongenode gasten er toegang toe hebben.

Rasch snijdt een ander punt aan, waarover ik niet eerder had nagedacht: een leven zonder frictie is ook een leven zonder moeite, een wereld zonder weerstand; en, zo betoogt ze, uiteindelijk ook een wereld zonder ethiek, zonder reflectie.

Afgelopen week zag ik daar een frappant voorbeeld van. Ik hielp iemand die onderzoek had gedaan naar de digitale beveiliging van Waternet, de dienst die bruggen, gemalen en sluizen bestuurt, de riolering beheert, voor de zuivering en levering van drinkwater zorgt, en het waterpeil in Amsterdam en de wijde omtrek controleert.

Schrik niet, maar de beveiliging van de digitale architectuur van deze vitale dienst bleek een teringzooi te zijn. Uit interne documenten bleek dat je met oude, niet onderhouden mobieltjes kunt inloggen, dat er honderden computers draaien die niet meer kunnen worden onderhouden, en dat je vanaf de interne servers waarmee de water-infrastructuur wordt beheerd, ook gewoon je mail kon ophalen of wat in de krochten van internet kon lummelen, onderwijl troep naar binnen latend. De vaste grap op de afdeling Security van Waternet is nota bene dat iemand met slechte bedoelingen makkelijk de stad onder water kan zetten.

En hoe kwam dat? De maatregelen die de afdeling beveiliging voorstelt, worden steevast overruled door managers die dat allemaal maar ‘gedoe’ vinden. Zij staan op hun ‘gebruiksgemak’.

Verhip, dacht ik na een dag interne documenten lezen. Deze mensen hebben ‘last’ van de beveiliging en wensen koste wat kost frictieloos te werken. Exit beveiliging. Gebruiksgemak boven alles! (Zouden ze hun voordeur met hetzelfde gemak openlaten – je sleutels steeds moeten opdiepen is immers reuze onhandig – als waarmee ze eisen dat waternet de achterdeur wagenwijd openspert?)

Wrijving geeft glans, frictie houdt ons veilig, en zonder weerstand zijn we verloren.

De minister van corona doet zijn werk niet

Eind vorige week was het op nog slechts 14 van de 100 GGD-testlocaties mogelijk een afspraak te maken: de laboratoria die het afgenomen materiaal door de machines moeten halen, hadden nog nauwelijks capaciteit over. Gisteren stortte het systeem compleet in: Nieuwsuur constateerde dat er nergens nog een GGD-locatie viel te bekennen waar je terecht kon. Tegelijkertijd meldde het RIVM dat er diezelfde dag liefst 1300 testen positief bleken.

De besmettingen stijgen, terwijl de testcapaciteit voortdurend tekortschiet. En minister De Jonge blijft steevast beloven dat het ‘binnenkort’ heus allemaal goed komt. Zodat we nu in de akelige situatie komen dat iemand moet gaan bepalen wiens beroep ‘vitaal’ genoeg is om voorrang te mogen krijgen. Leraren en zorgpersoneel kunnen voortaan sneller terecht voor een test, beloofde minister De Jonge vrijdag, terwijl zijn partijgenoot Hubert Bruls, de voorzitter van het Veiligheidsberaad, daar juist fel tegen was: volgens Bruls hebben mogelijk andere groepen voorrang nodig, zoals politiemensen en vuilnismannen.

Zijn we nu werkelijk in de situatie gekomen dat we onderling moeten vechten wie zich een wattenstaafje in neus en strot mag laten duwen, terwijl ‘testen, testen en nog eens testen’ al maandenlang het credo is? En terwijl veelvuldig testen de enige manier is om de bewegingen van het virus in kaart te brengen, en verdere verspreiding ervan tegen te gaan?

Zeggen dat het allemaal wel meevalt, omdat de ziekenhuisopnames haast niet stijgen, is je kop in het zand steken. Je wilt ruimhartig testen opdat de covid-opnames beperkt blijven. Zeggen dat het nog niet zo erg is, omdat nu vooral jonge mensen besmet raken, is al even kortzichtig: die jongeren leven niet geïsoleerd van de rest van de bevolking, en er zijn te veel berichten dat ook onder mensen die amper ziek worden, een coronabesmetting voor flinke gezondheidsschade kan zorgen – denk aan achteruitgang in longcapaciteit of aantasting van de hartspier.

Intussen zijn er tal van commerciële labs die hun diensten aanbieden om de nood te lenigen. Sommigen leuren al maanden met hun testcapaciteit. De Jonge zegt keer op keer dat hij ‘in onderhandeling’ is met deze labs, maar er gebeurt te weinig – zelfs zo weinig dat je aanmelden voor een test maandag nergens kon.

Hoe kan het dat de minister van corona zulke elementaire zaken nog steeds niet op orde heeft, een half jaar nadat de coronacrisis zich in Nederland aandiende? Hoe komt het dat Nederland nog altijd klungelt en zwalkt met zijn testbeleid, terwijl het de landen om ons heen wel lukt? En intussen is het bron- en contactonderzoek al helemaal ingestort.

Van crisismanagement is geen sprake, evenmin als van heldere lijnen en duidelijk beleid. Hugo de Jonge denkt zich met volzinnen uit een volksgezondheidscrisis te kletsen. En die brekebeen moet straks de lijsttrekker van het CDA worden. Hadden ze Pieter Omtzigt maar gekozen.

[Beeld: CC0 | pxhere]

Van spinnenweb naar visgraat

De gemeente moet hier geld besparen om ’t daar te kunnen uitgeven, en kampend met zowel een coronacrisis als met instortende kademuren en brakke bruggen zijn prioriteiten nodig. Allemaal begrijpelijk. Vandaar dat ik liever constructief meedenk dan te boos te worden na het lezen van de plannen van de gemeente om te bezuinigen op het aanvullend openbaar vervoer (AOV) in de stad.

Voor de gezonde lezer: het AOV is bedoeld voor ouderen (75-plussers) en voor mensen met een fysieke beperking. Wie zoals ik een Canta heeft, valt daar niet onder: met die Canta kan ik goeddeels mijn eigen vervoer regelen. Deze bezuiniging gaat ook niet over rolstoeltaxi’s, daar is weer een iets andere regeling voor.

Wie onder de 75 is, heeft een speciaal pasje (plus bijbehorende keuring) nodig om er een beroep op te mogen doen. Het AOV komt neer op taxi-achtig vervoer voor de prijs van een ov-ritje. Wie hulp nodig heeft bij het in- en uitstappen, moet zelf iemand meenemen en ook voor hem of haar betalen. Ritjes zijn maximaal 25 km, maar de meeste mensen reizen kortere trajecten. Ze gaan naar de markt, naar familie in een andere wijk, en doen dat vaak maar eens per week.

Alleen al vanwege de vergrijzing zullen, zonder tegenmaatregelen, steeds meer mensen in aanmerking komen voor het AOV; de oplossing die de gemeente kiest, is om gaandeweg het aantal kilometers af te bouwen dat iemand zo jaarlijks mag reizen; ook gaat de eigen bijdrage omhoog.

Maar er zijn andere oplossingen te bedenken. Juist vanwege de vergrijzing – maar ook omdat de stad minder auto’s wil – is een inclusief ov noodzaak. Maar het openbaar vervoer wordt al jarenlang juist minder bereikbaar, en minder toegankelijk. Voor veel ouderen zijn de grotere afstanden tussen tram- en bushalte die met de ov-herziening van 2018, toen de stad omschakelde van een spinnenweb- naar een visgraatmodel, een grote hindernis. Ook moet je sindsdien meestal meer overstappen, wat een flinke last kan zijn. Zorg dat de haltes weer wat dichter bij elkaar komen.

Zorg ook dat de plateaus van de tramhaltes niet meer zo’n barrière zijn: de afgelopen jaren zijn die zeker een decimeter opgehoogd, wat veel gehannes veroorzaakt – ook voor mensen met kinder- of boodschappenwagentjes. Geen wonder dat je zelden mensen met een rollator of rolstoel in de tram aantreft: je komt er bekant niet in, al was het maar omdat je eerst de horde van de tramheuvel moet zien te nemen.

Met een scootmobiel kun je al helemaal niet in het openbaar vervoer – dat maakt dat iedereen die alleen mondjesmaat kan lopen, niets heeft aan het openbaar vervoer: wil je daarin, dan moet je je scoot thuislaten, maar zonder die scoot is de halte weer geheid te ver. Gevangen tussen Scylla en Charybdis.

Waarom zorgen we niet voor beter begaanbare, bereikbare en toegankelijke haltes? De gemeente fixeert zich op het rollend materieel zelf, de bus, tram en metro, maar de infrastructuur eromheen is zeker zo belangrijk. En die aanpassen is veel goedkoper. Vooral: het aanvullend ov beperk je pas nadat je het algemeen ov toegankelijk hebt gemaakt.

QAnon is de kroon op elk complot

Dat de laatste maanden nieuwe dwarsverbanden zijn ontstaan tussen allerlei tegenbewegingen, is eerder geconstateerd. Maar de verse mengelmoes is ronduit fascinerend – knappe jongen of meid die dat kon voorspellen. De mensen die het 5G-netwerk wantrouwen en denken dat ons afweersysteem door ‘5G-straling’ wordt vernacheld, sloten al snel een bondgenootschap met de mensen die meenden dat covid-19 een ‘hype’ en niets dan een ‘griepje’ was.

Vreemd, want die laatsten denken nu juist dat ons immuunsysteem corona best zonder hulp de baas kan, en dat onze afweer dus opperbest werkt. Vervolgens sloten de anti-vaxxers zich aan, die geloven dat mazelen onschuldig is, dat je je afweersysteem kapot maakt met vaccins en dat een kind door inentingen bovendien kans loopt autistisch te worden.

Toen hadden we al een aardige hutspot.

Intussen hebben zich ook de mensen gemeld die zowat alle overheids- en supranationale instanties wantrouwen, of dat nu het kabinet, het RIVM of de WHO is. In dat stadium was ik eigenlijk hoofdzakelijk verbaasd dat de boze boeren zich niet subiet aansloten: die hadden immers nog een mud of wat aardappels met het RIVM te schillen en meenden al langer dat die club cijfers vervalste om ‘het volk’ te misleiden.

Allerlei extreemrechts volk, zoals de mensen achter de Blauwe Tijger, liep ook al mee: die grijpen elke gelegenheid te baat om wantrouwen tegen instanties aan te wakkeren. Wil het kabinet geen lockdown? Schande! Versoepelt het kabinet de lockdown niet? Een nog grotere schande!

Half juni, toen Willem Engel furore maakte met zijn Viruswaanzin, dacht ik: het zal mij benieuwen wanneer Baudet zich solidair met hem verklaart, of andersom. En jawel, vorige maand verklaarde Baudet fier: ‘Engel is een van de mensen die wij achter de schermen steunen.’

De snelkookpan maakt overuren. Op de demonstratie tegen de coronamaatregelen in Berlijn van afgelopen weekend was QAnon plotseling alomtegenwoordig, een uit de VS overgewaaide complotgroepering, die meent dat er een kartel van machthebbers is – de huidige belichaming van de Illuminatie, zeg maar – die aan pedofilie en kinderhandel doen, en geloven dat Trump de wereld komt verlossen. QAnon is de kroon op elk complot.

Het akelige is dat er in veel een greintje waarheid zit. Ja, het kabinet zwalkt. Ja, het RIVM geeft soms onvoldoende openheid. Ja, er is te veel surveillance. Ja, Big Pharma slijt hun waren met te groot gemak en verdient er te veel aan. Maar elk standpunt wordt in extremis doorgetrokken, de argwaan wordt met de dag groter, en de woede neemt toe.

Zodat Willem Engel, die in februari nog gewoon een onbekende dansleraar was, nu cultleider is en openlijk filosofeert dat hem niks zou verbazen wanneer het volk hier te lande de nationale politici zou vermoorden. Indien het kartel zo doorgaat, komt het volk in opstand, daar kon hij ook niets aan doen.

Baudet lachte besmuikt. Hij steunt Willem immers achter de schermen.

Weg van het water

Wie extra kwetsbaar is, kan beter een stapje terugdoen. Zo geven we jongeren – en de economie – weer de ruimte. Emeritus hoogleraar ethiek Heleen Dupuis legde het in EenVandaag keurig uit, volledig in de geest van de VVD, waarvoor ze jarenlang senator was: ‘Ouderen moeten zelf hun verantwoordelijkheid nemen.’ In Nieuwsuur werd ze hartelijk bijgevallen door specialist ouderengeneeskunde annex OMT-lid Nienke Nieuwenhuizen: ‘Het is net als met zwemmen,’ zei Nieuwenhuizen. ‘Als je niet kan zwemmen, is het verstandig om een stapje van het water weg te doen.’

Het was Dupuis kennelijk ontgaan dat ouderen al sinds half maart supervoorzichtig zijn, en een deel van hen zelfs maandenlang verplicht verstoken is geweest van sociaal verkeer, doch dat zij vaak besmet zijn geraakt door jongere mensen in hun nabijheid. Nieuwenhuizen op haart beurt vergeet dat een mens – jong of oud, sterk of kwetsbaar – prima zonder zwemmen kan. Met sociaal verkeer ligt dat echt iets anders. Haar advies kwam neer op het warm aanbevelen van ‘zelfverkozen’ eenzaamheid.

Ouderen isoleren helpt geen bal. We hebben dat al geprobeerd; ouderen zijn bij bosjes overleden. Het erge is dat dit debat, waarvan ook het OMT zegt dat het dringend gevoerd moet worden, op de verkeerde leest is geschoeid.

Want het water is niet alleen gevaarlijk voor ouderen. Ons land telt honderdduizenden burgers die kwetsbaarder dan gemiddeld zijn: mensen met astma, multiple sclerose, copd, of een andere chronische ziekte. Mensen met overgewicht of diabetes lopen extra risico, evenals wie in een traject van chemo of bestraling zit. Alle familieleden en naasten van deze mensen moeten enorm oppassen om geen corona-infectie naar huis te brengen. Wie de kwetsbaren veroordeelt tot ‘zelfopgelegde’ opsluiting, dwingt zodoende ook iedereen die van een kwetsbare houdt tot een positie aan de zijlijn, ver van het water.

Jong tegenover oud zetten is ook om een andere reden een vals uitgangspunt: ouderen gaan weliswaar aanzienlijk vaker dood aan covid-19, maar dat wil niet zeggen dat een besmetting op jongere mensen amper effect heeft. Integendeel. Hoe meer we over de pandemie leren, hoe meer we zien dat ook bij mensen die een milde variant hebben meegemaakt – vaak de jongere mensen – na afloop serieuze schade kan zijn ontstaan: van hart- en hersenschade tot aan nierschade toe. We hebben nog geen idee bij welk percentage van de mensen die een infectie achter de rug hebben, sprake is van zulke schade. Net zoals we niet weten of het daarbij blijft: mogelijk openbaren zich op termijn nog nieuwe effecten van een doorgemaakte besmetting.

Overigens komt de economie niet bij toverslag op gang wanneer de regels versoepelen: dat gebeurt pas wanneer mensen vertrouwen dat de kust veilig is. De ziekte beheersen is de enige remedie; haar laten woekeren houdt de angst in stand. En een overheid die bevolkingsgroepen afschrijft, boezemt weinig vertrouwen in.

Vingeroefening

De langste hittegolf, de heetste dag, de droogste zomer, de grootste afkalving van de ijsbergen, de hevigste stortbuien – het hagelt records, dit jaar, maar geen van allen verdienen ze gejuich.

In Californië werd het afgelopen week 44 graden (*), en er woekerde een heuse firenado: een tornado van vuur. De ijskap van Groenland smelt sneller dan we in 2019 dachten, en toen vonden we al dat het tempo waarin hij afkalfde ‘moordend’ was. De uitstoot van methaan, een van de krachtigste broeigassen, is nooit zo hoog als nu geweest. De permafrost dooit zo snel dat er sink holes in de bodem ontstaan. Oogsten leveren minder op doordat bijenvolken sterven. De sprinkhanenplaag in de Hoorn van Afrika is van een niet eerder vertoonde omvang.

Klimaatexperts waarschuwden dat de opwarming van de aarde vooral voor extremer weer zou zorgen, dat de extremen elkaar steeds sneller zullen opvolgen, en dat de het ene exces het andere uithaalt. Ze krijgen gelijk. Klimaatexperts vrezen dat het point of no return steeds sneller nadert. Ik hoop dat ze geen gelijk hebben, maar daarop vertrouwen durf ik niet.

En wij maar ventilators kopen, daarmee het energieverbruik nog eens opjagend. Wij maar opblaaszwembadjes neerzetten en die dagelijks opnieuw volgooien, like there is no tomorrow. Eigen koelte eerst.

Kun je bij de coronacrisis nog hopen dat we binnenkort misschien terug kunnen naar het oude normaal, bij de klimaatcrisis lukt dat niet. Het moet permanent anders. Alles moet anders: minder consumeren, minder vliegen, minder verspillen, minder verpakken, minder vlees eten, minder melk drinken, minder monocultuur, minder raffineren, minder vervoeren, minder bemesten, minder intensivering, minder efficiëntie. en vooral: minder energie verstoken. En dat moet allemaal heel, heel rap. Meer lokaal, meer lopen, meer fietsen, meer bloemen, meer bijen, meer vlinders, en meer kleinschalig verbouwen en handelen,

Roepen dat je er ‘nu wel klaar mee bent’ is er met de klimaatcrisis niet bij. Bij corona kun je nog denken dat het jou niet aangaat: je bent jong, je denkt immuun te zijn, je bent het afstand houden moe. Kortzichtig, maar soit. (Wie heeft overigens ooit gedacht: ‘Ach, ik heb al tien jaar opgelet op de snelweg, nu is het mooi geweest. Weg met die verkeersregels!’, en dacht daar furore mee te kunnen maken?)

Met de klimaatcrisis werkt die kop-in-het-zand strategie zeker niet. En als ik kijk naar Nederland, dan boezemt die klimaatcrisis me extra zorgen in. We zijn een land van watjes: al moe na drie uur een mondmasker op, al gesloopt na een paar weken soepele quarantaine. En steeds maar denken dat ‘wij hier’ het beter doen of doorhebben dan de rest van de wereld, terwijl we – zowel op het vlak van het klimaat als dat van de coronabestrijding – het er uiteindelijk stukken slechter vanaf brengen dan veel andere ‘ontwikkelde’ landen.

We zakken voor deze vingeroefening, terwijl we ons rijk rekenen en onszelf veilig wanen. Maak je borst maar nat. En geef de KLM nog wat staatsteun. Want vliegen zullen we!

 

(*) In een woestijn in die staat, in Death Vallley, was het afgelopen zondag zelfs 54,5 graden: een van de hoogste temperaturen ooit gemeten.

[Beeld: Still uit een video van Chris Tangey van een firenado in Australië (2013).]