‘Er is geen pride week voor hetero’s, net als er geen voedselbank voor rijke mensen is.’ Die grap deed afgelopen week de ronde op Twitter, nadat een club alt-righters verklaarde een ‘eigen’ festival te willen organiseren om heteroseksualiteit te vieren. De grap legde de kortzichtigheid van elke hetero die zich beklaagt omdat-ie zich ‘achtergesteld’ waant ten opzichte van potten en flikkers, genadeloos bloot.
Wat mij betreft viert iedereen die dat zo uitkomt zijn of haar heteroseksualiteit, maar heus: hetero zijn verdient geen slingers of praalwagens. Alles om ons heen wasemt uit hoe vanzelfsprekend en gewenst heteroseksualiteit is, terwijl homoseksualiteit nog altijd explicatie vereist, en uit-de-kast komen. Maar vooral: vaak met angst gepaard gaat. Welk meisje is ooit benauwd geweest om haar klasgenoten te vertellen dat ze op jongens valt, welk heterostel ooit bang geweest in elkaar geramd te worden zuiver omdat ze openlijk hand in hand liepen, welke jongen ooit uit huis gezet omdat-ie zei met een meisje te willen trouwen?
Feestjes eisen omdat je tot de meerderheid behoort, is niets anders dan een radicale ontkenning van je eigen macht en dominantie, plus een negatie van de moeizame strijd van ‘minderheden’ om gehoord te worden en hun mensenrechten verzilverd te krijgen. Inderdaad: alsof de rijken claimen gediscrimineerd te worden omdat zij de schappen van voedselbank niet mogen leegeten. Zulke feestjes opeisen is niets anders dan de hegemonie van je eigen dominantie willen bezegelen.
Afgelopen week zag ik het nieuwe seizoen van The Handmaid’s Tale. Daarin zat hetzelfde fenomeen verwerkt: al wie lager op de ladder van de macht staat, weet exact hoe wie een tree hoger staat, denkt en voelt. Je moet wel: je eigen leven en veiligheid hangen ervan af om de macht te kunnen paaien en zo nodig op de excessen ervan te anticiperen. Dus weet iedere handmaid of huishoudster precies waar ze staat, wat ze kan doen of laten, en hebben de keurige echtgenotes geen idee van het werkelijke leven van hun ondergeschikten. Onderwijl zijn ook de echtgenotes gespitst op elke valse toon van hun man: ook zij beven. Maar hun eigen, o zo vanzelfsprekende macht beneemt ze het zicht op hoezeer zijzelf naar beneden trappen.
Taal en empathie zijn alles. Noem iemand een flirtcoach en alleen daardoor al leer je jongens dat het ‘nee’ van een vrouw of meisje onzin is. Je vertelt ze namelijk dat ze nooit hoeven te letten op kleine signalen, terwijl de meisjes waarmee ‘geflirt’ wordt, allang weten dat als ze niet toegeven, geweld in het verschiet ligt. En sowieso: een flirtcoach die uitlegt dat het ‘nee’ van je bewerfde er niet toe doet, voedt op tot verkrachting. Het is alsof je bepleit dat een man die zijn vrouw geregeld in elkaar timmert, een ‘sportcoach’ inhuurt.
Tip voor iedereen met macht, hoe vliedend ook: al wie je als ‘de ander’ hebt bestempeld, kent jou beter dan jij hen.
Noem iemand een flirtcoach en alleen daardoor al leer je jongens dat het ‘nee’ van een vrouw of meisje onzin is.
Want alleen jongens flirten?