Elke vier jaar presenteert het RIVM de Volksgezondheid Toekomstverkenning: een trendanalyse, die in het verleden geregeld heeft gezorgd voor nieuw beleid. Zo was de VTV van 1993 een van de eerste beleidsstukken waarin werd gewaarschuwd voor de impact die chronische ziektes in de toekomst op de zorg zouden hebben. Niet dat we in de toekomst plotseling vaker ziek zouden worden, maar fatale ziektes zouden beter kunnen worden ‘gemanaged’. Je ging dan simpelweg minder snel dood aan aderverkalking, hartproblemen, kanker of suikerziekte. Die vreugdevolle constatering vergde een drastische herbezinning op het gevoerde beleid.
Afgelopen week publiceerde het RIVM een nieuwe toekomstverkenning: ze keken opnieuw een kwart eeuw vooruit. Hoe staat het er in 2040 voor met onze geestelijke en lichamelijke gezondheid, bij ongewijzigd beleid?
We leven tegen die tijd stukken langer, roken minder, voelen ons aanzienlijk eenzamer, hebben vaker serieus overgewicht, en het aantal mensen met dementie en psychiatrische stoornissen stijgt extreem. Ik bestudeerde de staatjes met grote belangstelling.
Gaandeweg viel me iets op. Trends uit het verleden werden in het rapport lineair naar de toekomst doorgetrokken: zoveel minder rokers in de afgelopen jaren zouden tot evenveel minder rokers in de toekomst leiden, zoveel meer mensen met overgewicht in de afgelopen kwart eeuw werden vertaald naar evenveel extra mensen met overgewicht in de komende 25 jaar, zoveel meer mensen met dementie in de afgelopen 25 jaar zou in de toekomst betekenen dat… Enfin, u snapt het punt.
Maar zo werkt het niet. Iedereen die vertrouwd is met interventies, weet dat de eerste kleine ingrepen veel succes hebben, zodat de doelgroep flink slinkt; maar naarmate beleid meer succes boekt, wordt het moeilijker om de laatste doelwitten alsnog mee te krijgen. Met de verhoging van de tabaksprijs verklein je gerust de aanwas van nieuwe rokers, maar uiteindelijk zit je met de verstokte rokers: om hen om te krijgen, is pertinent ander beleid nodig. En die rationale geldt op meer vlakken: er zijn grenzen aan wat beleid vermag. Toch trekt het RIVM de lijntjes kalmpjes door: volgens hen zal ook bij ongewijzigd beleid – zoals het blijven boycotten van de e-sigaret – de groep verstokte rokers even hard blijven dalen als in de afgelopen 25 jaar het geval was.
Er zijn andere tegenwerpingen. Dat inkomen en gezondheid op complexe wijze verbonden zijn, weet iedereen: hoe armer, hoe ongezonder. Maar het RIVM verdisconteert de groeiende armoede in Nederland niet in haar projecties: bij hen blijven de inkomensverschillen ook in de toekomst stabiel.
Evenmin kijkt het RIVM naar onze context. Klimaatverandering speelt geen enkele tol in hun projecties: de geschatte effecten van luchtvervuiling, extremer weer, droogte, grotere hitte – ze ontbreken ten ene male, al bepalen weinig andere invloeden onze gezondheid zo als onze omgeving doet.
Voorspellen is moeilijk. vooral als het over de toekomst gaat.
Als de uitbreiding van vliegveld Lelystad doorgaat zullen meer mensen last krijgen van de luchtwegen.
tja, je meet de lengte van de kleuter, de acht-jarige en de twaalf-jarige en als dan de voorspelde lengte van de zestienjarige klopt, dan weet je dat je goed zit en kan de uitspraak dat een dertig-jarige drieënhalve meter lang zal zijn de boeken in.
Beleid is natuurlijk niet hetzelfde als trend. Beleid reageert, en trend verandert waar je bij staat. Of blijft plakken waar je bij staat. Beleid ziet amper om in verwondering, laat staan vooruit, en dat siert haar niet. Leve de e-cig en de duizend minder longkankerdoden, en leve pittige teksten die doen betwijfelen.
Je hoort RIVM ook niet over de eventueel te maken vorderingen ten aanzien van enorme toename gezondheidsklachten rond aanwezigheid Laag Frequent Geluid.
Er is geen wet die zegt tot hier en niet verder.
Stichting Laag frequent geluid laat meer zien.