Veel kranten brachten de afgelopen week grote artikelen over een nieuw apparaatje dat Philip Morris binnenkort introduceert: een sigaret die niet brandt. Het apparaat is op proef uitgezet in Japan, Zwitserland en Italië; de tabaksgigant maakt zich nu op voor een wereldwijde introductie. ‘Ik denk dat er een tijd komt dat deze alternatieve producten zo zijn ingeburgerd dat we samen met overheden kunnen werken aan een uitfasering van sigaretten,’ zei de topman van Philip Morris vroom tegen de BBC.
De IQOS – zo heet het ding, een acroniem voor ‘I quit original smoking’ – verbrandt tabak niet, maar verwarmt die. Daardoor reken je af met de grootste schade van het roken: je inhaleert niet langer verbrand materiaal. Zowel verkopers als consummenten zijn goed te spreken over het ding. In een jaar tijd heeft de IQOS 2,5% van de markt in Tokyo veroverd, en 70% van de gebruikers is erdoor van het roken afgestapt.
Maar toch speelt Philip Morris heilig boontje. Zij zijn degenen geweest die het roken decennia hebben gepusht, die rapporten over de kwalijke effecten ervan in de doofpot wilden stoppen. Momenteel zitten ze, net zoals de andere tabaksfabrikanten, klem tussen enerzijds de overheid en anderzijds hun voormalige klanten. Want die laatste groep roert zich steeds meer: soms met rechtszaken waarin ex-rokers schadeclaims indienen, zoals nu ook in Nederland gebeurt, en soms door een veel ‘gezonder’ alternatief voor het roken te kiezen: de e-sigaret.
De e-sigaret is in Nederland nog amper aangeslagen, deels omdat er hoofdzakelijk negatief over wordt geschreven: flutonderzoeken waarin de vermeende schadelijkheid van dampen wordt opgeklopt krijgen absurd veel aandacht, positief nieuws haalt de krant zelden. Maar de IQOS krijgt in de pers prompt het voordeel van de twijfel.
De e-sigaret lijkt een beter alternatief dan de IQOS. Goedkoper, minder schadelijk (de IQOS wordt geschat op 80% minder ongezond dan de sigaret; dampen op 95%), en wendbaarder: er zijn duizenden smaakjes en tientallen uitvoeringen op de markt.
Philip Morris stuurt echter aan – best begrijpelijk hoor, voor een multinational: ze willen natuurlijk wél tot in lengte der dagen winst blijven maken – op een duur systeem waarvan je alle onderdelen bij hen moet kopen en steeds moet vervangen, en dat je als gebruiker zelf niet kunt bijvullen of onderhouden.
Toch hoop ik dat de IQOS een daverend succes wordt. Het moet gezegd: het lijkt een simpel, degelijk systeem te zijn, en anders dan bij dampen is er nauwelijks een drempel: je kunt de IQOS straks gewoon bij de tabaksbalie kopen.
Minder roken is voor iedereen gezond, dat is buiten kijf, en alles wat daartoe bijdraagt verdient onze steun.
Maar het blijft raar dat het gezondere alternatief voor de IQOS, de e-sigaret, door de pers nog steeds de grond wordt ingeboord. Want anders dan IQOS-gebruikers zijn dampers écht van de tabak af.
Het antwoord van een multinational op e-smoking, gericht op rendement voor hun aandeelhouders. Begrijpelijk in die zin, vervreemdend in het licht van het effect van e-smoking op de volksgezondheid.