Snackbar

Al Jazeera liet al urenlang zien hoe Cairo en Alexandrië uitgelaten feest vierden, op Twitter las ik dat in London en New York mensen de straat opzochten om samen te kunnen dansen en elkaar te feliciteren. Was er een Egyptische buurt in Amsterdam waar ik terecht kon? Niet dat ik wist.

Toen Pieter Hilhorst op Twitter precies dezelfde vraag stelde – ‘Waar in Amsterdam vieren Nederlandse Egyptenaren nu feest?’ – antwoordde ik dat uit pure blijdschap serieus had overwogen om naar de Egyptische snackbar twee straten verderop te gaan. Maar ja, dat voelde ook zo stom… Pieter antwoordde binnen een paar minuten dat er bij hem om de hoek óók een Egyptische snackbar zat. Ik hakte de knoop door. ‘We gaan gewoon, en daarna brengen we elkaar verslag uit.’ Zodat ik inderhaast ergens twee plastic rode anjers vandaan viste, daar hard op blies om het stof er vanaf te krijgen, en met de nepbloemen in de Canta sprong.

De snackbar heet ‘De Sfinx’. Binnen zaten twee mensen aan een formica tafeltje; wat ze aten kon ik niet zien. Op de muur naast hun tafeltje stond een tv aan. De eigenaar liep net naar achteren toen ik binnenkwam.

Mat de plastic anjers in mijn hand wachtte ik voor de toonbank tot-ie terugkwam. Ik voelde me razend belachelijk, maar dacht ook: als ik in een nieuw land woonde, zou het me ernstig raken als zij meeleefden met mijn vaderland. Dan voelde ik me geheid minder vreemd en meer opgenomen: want ze bekommerden zich kennelijk om mijn geschiedenis.

Allemaal leuk bedacht, maar eerstens was ik sowieso volkomen belachelijk met die plastic bloemen; tweedens is het dom en vreselijk ijdel om te denken dat ik hoogstpersoonlijk iets aan hem kon of moest goedmaken; en derdens wou ik zelf zo graag iemand omhelzen die snapte dat dit een tijd was om elkaar te omhelzen, dus werd ik sowieso gedreven door egoïsme. Maar vierdens kon al het voorgaande me uiteindelijk geen zak schelen: ik was zo blij, ik was zo opgelucht – dit was bij uitstek het moment om iets te doen dat vast erg raar was.

De snackbareigenaar was klaar met wat-ie achterin de zaak moest doen en liep naar me toe. ‘Ik hoef niks te kopen, ik ben hier alleen maar om….’ Ik gaf hem de plastic anjers. ‘Ik wou u feliciteren, Mubarak is weg, ik heb zó meegeleefd… U bent toch Egyptisch?’

Terwijl ik dacht dat hij zou denken ‘Dat wijf is gek’, gebeurde er iets heel anders. Zijn gezicht brak open, hij werd ineens alleen maar blij en pijn en zorg en opluchting. ‘Dertig jaar, het heeft dertig jaar geduurd… Het heeft zoveel gekost. Eindelijk, eindelijk. Ja, ik kijk ook de hele dag televisie…’ Hij wees naar die muur. ‘Oh god, eindelijk. Het is over. Hij is weg.’

We hebben elkaar wel drie keer omhelsd. We kenden elkaar helemaal niet maar we hadden alletwee tranen in onze ogen. Er kwamen er verse klanten binnen en dus moest hij werken; ik maakte me uit de voeten. Toen ik in de Canta stapte, zwaaide hij naar me met die twee plastic anjers in zijn hand.

Author: Spaink

beheerder / moderator

11 thoughts on “Snackbar”

  1. Tranen! Het is waarschijnlijk ook omdat het een revolutie over/voor menselijkheid is. Vanochtend op de radio hoorde ik een journalist vertellen dat Egyptische ouderen (die eerst sceptisch en voorzichtig waren) de kinderen nu steunen en eren en zeggen: onze kinderen hebben ons onze ziel terug gegeven.
    Dit is universeel natuurlijk, daarom leven we zo mee. Mooi verhaal Karin, mij had hetzelfde kunnen overkomen. Het is trouwens niet egoïstisch om een risico te nemen voor paal te komen staan, het is juist moedig.

  2. Mooie actie Karin!

    Je brengt je gevoelens en gedachten helder onder woorden. Een integere daad kan misschien wel eens verkeerd worden begrepen, maar toch nooit verkeerd zíjn. Dat blijkt maar weer uit jouw prachtige verhaal.
    Ook leuk dat de Canta figureert in deze vertelling.

  3. Pieter schreef dit, op Twitter:

    “Ben ook naar mijn Eg. snackbar gegaan. Feliciteerde hem. Ben je blij? Hij keek me even aan. En zei toen. “Hangt ervan af wat er nu komt.” Hij is een christen. “Maar vandaag, vandaag ben ik blij.”

  4. Wat ‘n beetje meespeelt is, en wat ook alle Egyptenaren en aanverwante Nederlanders zich afvragen is, hoe moet ‘t nu verder.

    Dat zou iedereen, en met de grootste spoed, wel eens willen weten.

    Wat in de actuele internationale televisie-uitzendingen daarbij het meeste opgemerkt wordt is, het feit dat Egypte sinds de afzetting van koning Faroek alleen maar leiders heeft gehad die rechtstreeks uit het leger afkomstig waren.

    Andere leiders waren er niet en het is het meest simpele, strake, harde en meedogenloze regerings-model. We hebben ‘n leider, en we hebben ‘n leger en meer hebben we niet.

    Ook de nieuwe leider van Egypte, die “..morgen..” aantreedt, zal uit het leger afkomstig zijn.

    De Egyptenaren willen dat graag. De oppositie: “onze nieuwe leider moet een krachtig man zijn, waar wij naar opkijken, die voor ons de kooltjes uit het vuur haalt, ons bedient op onze wenken en die alle tegenwerking hoe en waar dan ook krachtig weet te bestrijden met het leger.”

    Dat zegt de oppositie. Want zo is de Egyptenaar.

    Het nieuwe, weer monoclassistische landsregeringsmodel is een feit.

    Nu is het zo dat het leger niet het toonbeeld is van anarchie, niet het toonbeeld van veel vrijheid -niet iedereen mag er gaan in een door hem of haar gekozen richting…(!)-, en niet het toonbeeld van enige democratie in welke vorm ook.

    Verwacht mag worden dat de nieuwe leider van Egypte die ook weer uit het leger afkomstig zal zijn, bepaald geen toonbeeld is van enige democratie.

    En dan zitten we met een probleem.

    Egyptenaren zijn niet gewend aan democratie ze zijn alleen maar gewend aan de bestuursvorm “iemand moet voor ons de kooltjes uit het vuur halen en als dat niet gaat moet het maar met het leger.”

    Verder denkt de Egyptenaar niet.
    Zo kan het helaas niet opgelost worden, met het land.

    Een probleem dat zich in precies dezelfde vorm (zoals de geschiedenis leert) voordoet in beproefd domino-effect te Algerije, Tunesië, Marokko, Syrië, Jemen en Jordanië.

    Dat is nogal wat.
    Daar zal Israel, dat in alle staten van Westeuropa en Amerika uiterst inventief en intensief in alle lagen van bevolking en economie vertegenwoordigd is niet rustig bij blijven.

    Ga er maar aan staan.
    Met onze adhesiebetuigingen.

    We komen nog van ‘n kouwe kermis thuis.

    Het is misschien wellicht beter een beetje afstand te nemen.
    Alles wordt immers geregistreerd.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Hou me per e-mail op de hoogte van nieuwe reacties op dit artikel.
      (U kunt zich hier abonneren zonder zelf te hoeven reageren.)

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.