Vanavond was andere Karin hier. We hebben een inmiddels jarenlange traditie van ‘s zondags ons leven bijpraten en daarna samen een serie bekijken: van Expeditie Robinson tot alle seizoenen van Sex & The City. Vanavond hebben we de laatste afleveringen van Gooische vrouwen gezien. Geweldige serie: geestig, soms hilarisch, slim, goed geacteerd en bij vlagen buitengewoon dapper. Ik ben door die serie ineens een fan van Linda de Mol geworden.
We lagen op bed en keken tv. Max hield ons gezelschap en beet af en toe in mijn tenen, of joeg op haar staart terwijl ze zich vastklauwde in mijn heup. Toen andere Karin en ik besloten dat we vanavond na ons vaste rantsoen van twee afleveringen toch ook maar de laatste twee erdoorheen zouden jassen, haalde ik een pak zoutjes voor erbij. Max viel begerig aan op de Japanse mix en ik moest haar herhaaldelijk bij haar nekvel verwijderen. Er was amper houden aan: ‘Must…. have…!’
Kort daarna moest ik naar de wc en toen ik terugkwam, meldde andere Karin dat Max subiet haar belangstelling voor de Japanse mix verloor nadat ik de kamer had verlaten. En ze had al eerder gemerkt dat Max mijn tenen buitengewoon interessant vond, terwijl ze die van haar amper een blik waardig keurde. En dat Max meteen van bed sprong als ik even iets moest pakken ofzo. Max volgt me, in alles.
Ah, snapte ik toen. Andere Karin maakte het me duidelijk. Het is geen honger of begerigheid die maakt dat Max mijn eten wil hebben. Max wil doen wat ik doe. Ze wil mijn aandacht, niet mijn eten. Ik heb een aandachtsmonster in huis, een kitten die mij als maatstaf heeft genomen, een diertje voor wie ik plaatsvervangend moeder ben. Fuck: alsnog in de val gelopen :) En ook: wat ontzettend vertederend…
lieve Karin, mijn kleine aandachtsmonster zegt dat je geen fuck mag zeggen… en volgens mij is het vastge[b]k[/b]lauwd ;-) enjoy je copy cat !!
Lief he,
queenie volgt me ook overal, met gevolg dat ze een enkele keer opgesloten zit in de badkamer omdat ik haar niet opmerkte, dan zegt ze zielig mieuw en dan kom ik haar snel halen en knuffelen om het goed te maken.
Als ik ergens verdiept in ben gaat ze achter me zitten zegt mieuw en legt haar pootje op mijn schouder zo van ik ben er ook nog, en als ik weg wil gaan wil ze spelen, gaat ze op het speeltje zitten mauwauw, of gaat mee naar de deur, staart omhoog, zo van ik ga mee wandelen, jammer genoeg kan dat hier niet, gun haar ook zo graag een huisje met een tuintje.
Sjaakie houdt wel de wacht maar is veel zelfstandiger, gaat zijn eigen gang.
las ik een kattenboek dat kittens eigenlijk 3 maanden met de moeder nodig hebben om alles te hebben geleerd en het verhuizen goed te kunnen opvangen, heeft mijn little queenie vast niet gehad. (ze is 5 ondertussen)
Elmo, dank, fixed! Thian: tegenwoordig zeggen ze inderdaad dat kittens pas met 12 of 13 weken weg mogen, maar vroeger was dat 8. En ik geloof niet dat kittens toen zoveel afhankelijker waren van hun mensen…
weet je ik heb mijn zwart witte monstertjes nu tien jaar en denk ik je dat ik in die tijd ooit nog eens prive naar het toilet heb kunnen gaan ??? ;-)
In het echte dierenleven is het zo dat een kitten de aandacht van haar moeder MOET blijven trekken. Trekt ze de aandacht niet dan krijgt ze geen eten. In ‘t kopje van ‘n kleine kat bestaat maar één drang, één impuls: in leven blijven. Dat staat dus precies gelijk aan: kunnen eten blijven. En daar volgt weer uit in de dieren logica, aandacht blijven trekken van het moederdier. Jij vervult de rol van ‘t moederdier want van jou krijgt ze eten. Dus van jou blijft ze ook constant, altijd aandacht trekken en van iemand anders niet. Daarom gaat ze precies altijd op de krant liggen waar JIJ zit te lezen. En daarom voeren wij, mijn metgezel en ik, iedere dag de strijkijzer-electrificatiemethode, de kopjes-koffie-op-het-balkon-scéance, en de psychologische oorlogsvoering om de keukenhoek en achter het bankmeubel. Het is niet anders. Het leven biedt geen keuzemogelijkheden. Maar het is wel op het toppunt van de leukigheid. Je bent er ‘n ander, ‘n beter mensch van geworden.
Al die tijd dat ik dit zit te tikken zit hij op precies één centimeter afstand van het toetsenbord aan en één keer kijkt hij me tien seconden onbeweeglijk donker starend aan met een uitdrukking van “wat ben jij toch met iets ongelooflijk verwerpelijks bezig. Dat zouden wij katten nou nóóit doen.”
Hij heeft gelijk. Ik betuig mijn verontschuldigingen en zal het niet meer doen. Hij is tenslotte, over mij geheel en totaal de baas tot in het laatste fragmentje van m’n ziel. Ik heb geen toestemming gevraagd want die had ik absoluut zeker niet gekregen. Vermoedelijk zal hij vanavond de hele avond beledigd en minachtend blijven kijken. Ik moet er doorheen. Ik heb een zwaar en moeilijk leven op m’n ouwe dag.
– ‘\^_^/’ –
Maar ik draag ‘t.
Als een mán.