We zijn er dol op robots of bang ervoor, er lijkt geen tussenweg. Onberoerd laten ze ons nooit. We hopen dat robots ons allerlei gevaarlijk of juist lummelig maar noodzakelijk werk uit handen halen, we hopen dat ze ons redden van gevaar, verveling en de ondergang.
Tegelijkertijd zijn we bevreesd dat robots ooit zo slim worden dat ze besluiten dat ze geen zin meer in ons hebben. We zijn bang dat ze bewustzijn krijgen, en ons – hun makers – op de keper beschouwd sufferds zullen vinden. Of dictators. We vrezen in de grond van ons hart dat ze in opstand komen en ons de dienstbare rol toemeten die we hen hadden toebedacht. We zijn bang dat we ze niet in de hand kunnen houden.
Revolutie! De robots hebben een appeltje met ons te schillen, draaien de rollen om, en voortaan zijn wij de bediendes. Of ze zijn gewoon efficiënter in hun taak dan wij, en maken de mensheid op die manier overbodig en ouderwets. Weg met ons! In science fiction – van Terminator tot Battlestar Galactica – zijn dat soort kwesties altijd de motor van het verhaal: hoe verhouden we ons tot onze eigen schepping? Bouwen we wellicht, met de beste bedoelingen, tovenaarsleerlingen en bezegelen we zonder het te weten ons eigen lot?
Hoewel ik denk dat systemen, mits ingewikkeld genoeg, altijd bijverschijnselen hebben waarop we niet bedacht zijn en het om die reden verstandig is niet te veel aspiraties te hebben, ben ik niet zo bang voor robots. (Ik ben benauwder voor de dromen van veel bouwers ervan.) Mochten ze een vorm van bewustzijn en intelligentie ontwikkelen – die kans is er wel degelijk – dan denk ik dat het anders loopt dan we vrezen.
Onze angst en hoop is sterk cultureel-psychologisch gekleurd. We zijn geneigd over robots te denken in de termen die de biologie en psychologie voor onze eigen soort hebben afgebakend: oorlog en seks, voortplanting en overleving, het recht van de sterkste en vadermoord. Ons model voor het nadenken over robots met bewustzijn is in de grond Freudiaans. We zien ze als nageslacht dat denkt hun ouders om zeep te moeten helpen teneinde zelfstandig te kunnen worden.
’t Is hartstikke westers, dat idee van die oedipale tovenaarsleerlingen. Alsof je je altijd moet afzetten, altijd strijd moet voeren, altijd een ouder moet neerslaan om zelf verder te komen. ’t Is ook erg vanuit onszelf gedacht: alsof menselijke preoccupaties ook voor ander soorten gelden en hun gedrag evenzeer beheersen als het onze.
Waarom zouden intelligente robots niet heel andere besognes en verlangens hebben? Wie weet is hun idee van een feestje om een mathematisch probleem op te lossen, is hun grootste verlangen alles te ordenen en te inventariseren (daar zijn ze immers goed in), of om de eerste zes miljoen decimalen van pi tot een muziekstuk om te bouwen.
Vooral vermoed ik dat intelligente robots heel andere dingen aan hun hoofd hebben dan ons. Dat ik heb geleerd van diepzeeduiken en naar vissen kijken: we beschouwen onszelf als centrum van de wereld, maar zo’n vis wordt niet koud of warm van ons, een mens is een voorwerp waar je omheen kunt zwemmen, verder niets.
Misschien is dat wel de crux van al onze ideeën over robots. Onder al die Freudiaanse angsten ligt mogelijk een veel diepere vrees besloten: da engst dat we er niet toe doen.
“Het omgekeerde Oedipuscomplex” bespraken we eens, jaren geleden, met de collega van de concurrent op fluistertoon, tijdens een vele uren durende avond-, nacht gemeenteraadsvergadering.
De tijd ging heerlijk om.
Tot ons afgrijzen bleek de hele eerste rij van volksvertegenwoordigers al die tijd ademloos en radeloos meegeluisterd te hebben.
Ver weg van het besprokene aan de vroedschaptafel.
Het heeft jaren geduurd voordat het in ‘t dorp weer rustig werd.
‘Ô_Ô/’
Zo zie je maar, waartoe je leidt.
En wie en wat je volgt.
Leuk stuk! Ze zullen zich vast wel druk gaan maken om duurzame energie, als ze echt intelligent worden. Nou ja, vooropgesteld dat ze dezelfde overlevingsdrang hebben als wij. Daar ga je weer ;-).
Je zou gelijk hebben met die culturele bepaaldheid. Je ziet dat de Japanners heel anders tegen robots aankijken: al die verhalen over mecha’s en battle bots enzo. Ze bouwen dan ook een stuk enthousiaster dan westerlingen.
In de Guardian van vandaag stond nog een stuk over een robot die bedoeld was als catwalk model, maar niet helemaal gelukt was (niet broodmager, liep niet ‘model-achtig’ genoeg en keek niet onverschillig genoeg).
Ze zijn ook druk bezig met exo-skeletten die gehandicapten ondersteunen bij lopen, daar zie ik dan weer die traditie van de mecha’s in terugkomen.
Prachtig toch die robot- ontwikkeling.
Op veel plekken doen we dat allemaal al lang en breed mee. Voor koffie (!) hoef je maar te drukken en ook het gras in de tuin kan er al vrijwel automatisch af. Die opsomming kent iedereen ten genoege, maar zijn we ons al nauwelijks meer van bewust. Kreeg zelfs eergisteren een aanbod voor een volledig (!) virtuele online- bank.
Voor meer “echte” robot in het dagelijks leven zou ik zeker kiezen. Zou een enorme besparing opleveren bij personeelskosten op het gebied van dienstverlening in vele vormen. Zal eerdaags zeker kunnen. Er komt een enorme ontwikkeling op dat gebied op ons af.
En de angst van Karin – die geeft ze toch wel aan – zal op klein niveau wel meevallen. Zie eerst maar eens heel veel voordelen. Alleen al personal computer heeft al heel veel welvaart gebracht in laatste 20 jaar. Waar we nu als individu en maatschappij staan zou zonder die ontwikkeling ondenkbaar geweest zijn.
–
Haha, “een mens is een voorwerp waar je omheen kunt zwemmen, verder niets”. Ja die is goed. Toch zou een robot in het water nog veel meer een voorwerp zijn!
Het kan aan mij liggen hoor, maar kijk nog even naar de allereerste en de allerlaatste zin…
Of ik moet iets missen, maar deze bedoel ik:
1e zin: We zijn er dol op robots…
laatste zin: da engst dat…
Dankzij de robots is de wereld volkomen ontmenselijkt. Nu dat onstuitbaar verdergaat kan de mens er ook wel af. Mensen hebben we nergens meer voor nodig en ze tellen hoe dan ook absoluut niet mee. Laten we ze opruimen met een grote, goed georganiseerde massa-slachting.
‘Ô_Ô/’
En eet u vooral smakelijk.
Als je de hele aarde zou bevolken met alleen maar gekloonde metalen plastic robots en maar één mens aan het hoofd (met een snorretje en een eigenaardig arm-gebaar), zou dat een prachtige, gemechaniseerde marcherende orde zijn, ahhhh….., ik droom…, ik droom….. niets zou meer mislukken niets zou meer fout gaan… de ene mens zou gelukkig zijn de robots namen alles uit handen er zou de ideale situatie van volledige rust tevredenheid evenwicht inertie en dodelijkheid ahhhh.wat een heerlijke, magnifieke uiterst prettige gedachte en tevens ook het doel, waarnaar wij allen streven. Het kan niet vlug genoeg beginnen want dan zijn we tenminste van al die lelijke mensen af.
‘Ô_Ô/’
ik droom……, ahhhh,…heerlijk….., heerlijk…., ik droom.
De bedrijven zijn gemechaniseerd, gerobotiseerd en de personeelsleden zijn naar buiten de straat op geschopt. Ik ben bezig ze te mobiliseren zodat we de bedrijven in brand kunnen steken en met de grond gelijkgemaakt.
‘Ô_Ô/’
Zo. En nou is ‘t genoeg.
Ik ben weer heel erg boos dat komt er nou van.
He, verwachtte ik zomaar dat je een pleidooi zou gaan houden over de positieve rol die robots kunnen spelen bij handicaps, loopproblemen en bijv. ook de verzorging (tilhulpen in de verpleging )
Nee, die gedachte jaagt me geen angst aan, ik zag net nog een filmpje waarmee ik mijn idee over robots wilde illustreren, ik vond bijv. deze http://www.youtube.com/watch?v=gQRQs-N-ZIM het zou toch geweldig zijn als mensen hiermee weer mobieler worden!
Ik verwacht veel van robots, ik zie robots eigenlijk ook niet zo science fiction achtig als een soort ubermensch, maar meer als technische support.
Prachtige ontwikkelingen dus!
Groetjes, Mien
Prachtig toch ook dat al vandaag de dag zeer gehandicapte mensen zich zo bewonderenswaardig door het leven slaan met computertechniek die welhaast gelijk staat met robot- achtige oplossingen.
Zelf zou ik na mijn kankerervaring zonder computertechniek ook nooit geworden zijn zoals ik nu ben. Had nog op mijn ziekenhuisbed één van eerste draagbare computers bij de hand en ik moet bekennen dat dát iets was waaraan ik mij enorm door opgetrokken voelde. Ik kon haast helemaal niets, maar dát wel. Vandaag ben ik een behoorlijke kei met volledig werken mét computertechniek. Ik dank je de koekoek met die angstverhalen.
–
Wanneer we de robotisering bekijken in m’n eigen vakgebied de grafische industrie, de krantenwereld.
Dan zien we dat de mens ongelukkiger geworden is.
En dan zien we dat de productkwaliteit geregresseerd, achteruitgeboerd is.
De robotisering en automatisering waren noodzakelijk.
Maar ze hebben mens en product alleen maar onheil en ongeluk gebracht.
Er is geen productie- en bedrijfssector waar de robotisering en automatisering zo keihard en massaal heeft toegeslagen als de grafische industrie.
Ik kom nog uit het loodtijdperk.
Dat wil zeggen dat ik de krant maakte “aan steen” en zonder dat het zetsel dat ik in mijn handjes met een touwtje aaneengebonden had, op de grond viel “in pastei”.
De productietechniek van krant, weekblad, tijdschrift was in die tijd, 1968, rotatie-hoogdruk. Dat wil zeggen met rondgestypte matrijzen van 25 kg zwaar, per pagina.
De mensen die aan het grafisch product werkten waren zonder uitzondering kunstenaars. Automatisering of computer, robots waren in geen velden of wegen te bekennen. De sector leverde “full-employment” in de meest mooie zin des woords.
De mensen waren gelukkig. Het waren hand- of machinezetters, en het waren drukkers die aan de machine hoorden, met hun oren, wanneer er ergens in het ingewikkelde rollen- en vouwensysteem iets fout was.
In het algemeen werd er op deze mensen neergekeken.
Ze werden geminacht en gediscrimineerd en in het algemeen is dat nog zo. Daarom werkte ik er niet alleen, ik kwam voor deze mensen op want de krant komt altijd voor de zwaksten op. Dat is nog steeds zo.
Toen hoogdruk-rotatie vervangen werd door offset, hand- en machinezetters werden vervangen door computersystemen en opmakers plaats moesten maken voor Adobe PageMaker, werden de mensen ongelukkig en de schoonheid van het product verviel to stof.
Thans staan we voor het verschijnsel dat eind volgend jaar alleen de Telegraaf nog bestaat, en voor de rest een samenraapsel van non-valeur.
Aan het eind van ieders leven kan iedereen zeggen: “het is mooi geweest”.
Dat hebben robotisering en automatisering ons dan gebracht en de wereld is er geweldig op vooruitgegaan.
‘Ô_Ô/’
De inrichting van de maatschappij wordt niet gebaseerd op gehandicapte mensen. Er wordt weliswaar rekening mee gehouden. Maar ondergeschikt.
Gezonden, krachtig producerenden hebben en houden altijd overal in, de voorrang.
Het zal nooit zo zijn dat de wereld in handen komt van gehandicapten.
Dat is door automatische corrigerende mechanismen uitgesloten.
De inrichting van de maatschappij is gebaseerd, in de normstellingen, in wetten en afspraken, overeenkomsten voorzieningenpatronen en gedragsregels (Atoomcomité Genève) op: “jonge streke krachtige personen, mannen in de kracht van hun leven, niet ziek zijnde maar kerngezond, en niet zijnde vrouwen, zwangere vrouwen, zieke mensen, kinderen en babies”.
Dat is de normstelling.
Lees de normstellingen van de Geneefse Atoom (Stralings-) commissie en conferentie.
En zo zit de maatschappij in elkaar.
Kunnen jonge sterke mannen ertegen dan kan iedereen ertegen.
Met zieken en gehandicapten wordt bij de (stralings)normstelling, en dus bij alle andere normstellingen, geen rekening gehouden.
Zij moeten zelf maar zien dat ze er komen.
Dat kan ook niet anders.
We kunnen de maatschappij nou eenmaal niet funderen, op zieken en zwakken.
We kunnen er wel voor zorgen en er rekening mee houden. Maar dat is iets anders.
Robotisering en automatisering in welke vorm dan ook zijn in die inrichting en normstelling, handhaving van de maatschappij door gezonden en sterken, slechts van uiterst gering en ondergeschikt belang.
Sterkte maakt automatisering overbodig.
Dat wordt door “navelstaarders” nogal eens veregeten.
‘Ô_Ô/’
Laat het een les zijn.
Beste, beste JOZU. Je moest eens weten.
Red mij meer dan uitstekend met die automatisering. Geenszins is het meer zo dat wie gehandicapt is of was onder hoeft te doen voor de kerngezonden. Heerlijk dat “computerknopjes drukken” waar nu een man of 50 kerngezonden van eten.
Door automatisering beste vriend !
–
Ha, interessante blik, dankje! Natuurlijk is onze cultuur ook van invloed op het denken over de robots :)
Maar dan is onze blik mogelijk ook van invloed op de robots zelf, op de ‘intelligentie’ die we er in stoppen. Of is onze cultuur van invloed op de cultuur die de robots opbouwen als ze ‘opgroeien’ in onze maatschappij.
uh..Juzo, ik begin bijna te denken dat er radertjes (of chips) in jouw hoofd zitten ;-)
Inez: ja, in Japan benaderen ze robots heel anders dan in het westen gebeurt. Daar zijn het voral gezellige en knuffelige dingen. Wat wij weer raar en fascinerend vinden, getuige ook de Tamagotchi-rage van zo’n 15 jaar geleden… Ik had er een alinea over maar die sneuvelde wegens ruimtegebrek.
Lode: ik denk inderdaad dat onze blik onze robots kleurt, al was het maar doordat die definieert wat we ze toedenken en waarvoor we ze maken. Vervolgens klurt wat we maken weer onze blik, ad infinitum, ad absurdam :)
JuZo en veel anderen: een apparaat, zelfs een apparaat uitgerust met chips, is nog geen robot. Een robot is volgens de definitie een gemaakte machine met enige intelligentie die zelfstandig dingen kan ondernemen en die daartoe een zekere – letterlijke – bewegingsvrijheid heeft. Mijn computer en mijn wasmachine wandelen nog iet naar hun taak toe. Een robot wel…
Volgens Wikepedia.nl is een robot een programmeerbare maschine die meerdere taken kan uitvoeren. Dit is verschilend van een numerieke maschine die geprogrammeert is voor een enkele taak.
Van enge intelligentie is dus (nog) helemaal geen sprake. Ook bij een robot stopt de mens er in wat er uit moet komen. Dat niet iedere mens dat bevallen zal is weer wat anders.
Vooralsnog gaat het hier om indianenverhalen als het om zogenaamde intelligentie van robots zelf gaat.
–
Kan iemand mij uitleggen waarom er in de eerste zin geen komma voor en na robots staat? En waar het ‘da engst’ in de laatste zin vandaan komt? Want blijkbaar mis ik iets…
Pietie: het was al erg laat toen ik dit stukje schreef, dat is alles :)
Ha, gelukkig. Verders qua inhoud weer heel leuk en goed dit stuk natuurlijk!
Het verschil tussen robot en mens wordt wel heel akelig klein, als we zijn intelligentie laten randommen. Dat klinkt een beetje vreemd, maar het is wat in Amerika in het diepste geheim gebeurt.
Men loopt daar nog een beetje aan tegen het absoluut natuurkundig verschijnsel, de barrière, dat er geen absoluut willekeurige methode bestaat, om getallen (gegevens) te laten kiezen.
Als je dus een robot maakt, die absoluut willekeurige getallen kan kiezen, dan heb je de mens (zijn intelligentie).
Maar ik vrees, dat dit de draagkracht en het bevattingsvermogen van dit forum een beetje te boven gaat. (Verre.)
We zullen ‘t maar gauw zo laten, en ‘t zij zo.
In ‘n ander gremium zou ‘t ‘n aardige discussiestelling zijn en ik zal ‘t daar zeker eens ter sprake brengen.
Spa heeft daar zeer waarschijnlijk niet aan gedacht, en ‘t zeker ook niet zo bedoeld.
‘ô_ô/’
In der weetensjap geeft het zich niets raares.
Het lukt niet. Neem dat nou maar van mij aan, en vraag het na.
(TU Delft).
Een volkomen willekeurige getallen generator bestaat niet,
en kan ook niet bestaan.
Dat is in de schepping van het heelal zo opgesloten.
Zelfs de weersomstandigheden overal in het heelal verlopen volgens een vast en vooral ook zeer vastgelegd patroon.
De essentie van dit soort redeneringen, die niet van mij zijn, gaan de intelligentiecapaciteit van dit forum verre te boven.
‘+_+/’
Misschien kan ik iemand overhalen tot de theocratie, en daar gaan we weer.
Ik heb het mijne er hierover nu wel gezegd.
Viert allen, een Prettige Zondag.
juzo: “Men loopt daar nog een beetje aan tegen het absoluut natuurkundig verschijnsel, de barrière, dat er geen absoluut willekeurige methode bestaat, om getallen (gegevens) te laten kiezen.
Als je dus een robot maakt, die absoluut willekeurige getallen kan kiezen, dan heb je de mens (zijn intelligentie).”
Het moet toch niet zo moeilijk zijn om zo’n ding afhankelijk te maken van de weersomstandigheden? En dat moet toch genoeg zijn voor willekeur?
“Zelfs de weersomstandigheden overal in het heelal verlopen volgens een vast en vooral ook zeer vastgelegd patroon.”
Dan zijn Gerrit Krol c.s. zeker te dom om op grond daarvan te vertellen wat voor weer het volgende week zaterdag wordt?
En wat zou de practische aanwending van een volkomen toevallige getallengenerator kunnen zijn? Is die ook gezellig?