Gisteren vonniste een gerechtshof in Ohio dat e-mail, ook als die nog op de server van de ISP staat, onder het briefgeheim valt en met dezelfde waarborgen omkleed dient te worden als andere persoonlijke communicatie, zoals een telefoongesprek. dat betekent dat e-mail alleen door de autoriteiten mag worden opgevraagd wanneer er gerede verdenking tegen iemand is, en aleen na een bevel van de rechter. Een uitgebreid artikel over het vonnis en de achterliggende problematiek verscheen hier. Zie ook het artikel op Planet.
In Nederland valt e-mail niet onder het briefgeheim, ook al zijn er terdege pogingen gedaan dat wel voor elkaar te krijgen. De commissie onder leiding van professor Hans Franke die een grondwetsherziening voorbereidde, meende dat het brief- en telefoongeheim moest worden uitgebreid tot een communicatiegeheim. De redenering erachter was – terecht – dat nu het medium, de brief, gaandeweg vervangen wordt door e-mail, dat nieuwe medium dezelfde beschermimng verdient als de aloude brief. Het voorstel werd afgewezen door achtereenvolgens minister Sorgdrager en minister Donner, en is stilzwijgend de prullebak in gekieperd.
Sommige dingen snappen ze in Amerika toch echt beter dan hier.
Maar gelukkig hebben de Amerikaanse authoriteiten onder het mom van “terrorismebestrijding” verregaande bevoegdheden om huizen te doorzoeken zonder tussenkomst van een rechter dus dat emailbriefgeheim zal ook wel niet zo nauw genomen worden.
Wat dan nu een interessante vraag is voor de praktische implicaties hiervan is, als je als Nederlandse persoon, danwel als Nederlands bedrijf je email host bij een Amerikaanse ISP, of het ter beschikking stellen van email door de ISP dan onder Nederlandse of Amerikaanse wetgeving valt.
Iemand enig idee wat dat betreft?
groetjes, Dirk
Juzo, je hebt de klok horen luiden maar je weet niet helemaal waar de klepel hangt. Dit stukje ging niet over het _openbaar maken_ van e-mail. Dit stukje ging over de vraag of e-mail onder het grondwettelijke recht op het briefgeheim valt, en dat doet het in NL niet.
Donner & Sorgdrager hanteerden de “omwegredenering”: “naar de aard, het doel en de bestemming van de zaak, electronisch postverkeer, is dat niet openbaar. Het is dus in principe niet toegestaan electronisch postverkeer, waaronder e-mail, zonder voorbehoud openbaar te maken.”
Wat niet openbaar is, is geheim. “E-mail, en allerlei andere naar de aard doel en bestemming niet openbare informatie, in het electronisch (BBS) en Internetverkeer, is d e r h a l v e geheim”. Dientengevolge dus. Zij hoefden dus geen bijzondere maatregelen te nemen.
Rechters hanteren grotendeels de “analagie-rechtspraak”, d.w.z., het normale postverkeer is geheim, het digitale electronisch postverkeer is dus ook geheim. En wel naar analogie (van doel en bestemming gewoon postverkeer), naar aard, doel, en bestemming van de zaak. E-mail valt dus doodgewoon onder het briefgeheim. Niets bijzonders, en niets nieuws onder de zon. Niks meer en niks minder, en dat volgens internationaal recht in alle landen die er die duidelijk gedefinieerde soorten postverkeer op na houden. Onnodig zich druk te maken. Zie ook: “Juridische aspecten van de informatievoorziening”, R. Van Bruggen, H. van Dun, E. de Lange, Academic Service ISBN 90 395 0786 4
Providers zijn derhalve niet verplicht informatie, waaronder mail, zonder de vereiste vastgelegde voorwaarden, ter beschikking te stellen. Het is zelfs strafbaar.
‘\°_°/’ – wat goed dat ik er toch maar ben.
Helaas is in Nederland twee jaar geleden de Europese grondwet bij referendum afgewezen. In artikel II-67 van het bij die grondwet behorende Handvest over de Grondrechten stond dat iedereen recht heeft op eerbiediging van zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en communicatie. Onder dit brede begrip zou ook het recht op digitaal briefgeheim zijn gevallen. Het huidige kabinet Balkenende heeft in haar wijsheid besloten dat het Nederlandse volk vast eerder geneigd zal zijn bij een eventueel nieuw referendum met een grondwet die niet meer zo heet en waar de symboliek van vlag en volkslied is uitgehaald in te stemmen, als daar tevens het Handvest over de grondrechten wordt uitgehaald. Hopelijk zal dit niet gebeuren, maar het betekent wel dat het digitale briefgeheim nog steeds op losse schoeven staat en mocht dit onzalige plan stand houden, zal blijven staan.
Zou JUZO in of buiten de wet vallen???
Ondertussen slaat AIDS ongenadig toe in Oekaine en andere Oosteuropese landen onder jongeren. Bedoel, waar hebben we het hier eigenlijk over???
“dat e-mail alleen door de autoriteiten mag worden opgevraagd er gerede verdenking tegen iemand is, en aleen na een bevel van de rechter.” — alsof ze de moeite zouden nemen om dat uberhaupt “netjes” via de rechter te doen, dus wat mij betreft METOO! met degene die hier eerder schreef “dus dat emailbriefgeheim zal ook wel niet zo nauw genomen worden.”
De algemene universele (jurisprudentiele) wetten en wat je er verder nog uit weet te rammelen, JuZo, houden in dat in Nederland geen briefgeheim voor email bestaat. Je kunt providers soms wel op andere grond strafrechtelijk laten aanpakken, op basis van de Wet Computercriminaliteit bijvoorbeeld. Maar niet op grond van schending van het briefgeheim. Want dat bestaat (nog) niet voor email. Niet alleen hier niet, maar in veel Europese landen niet. En het is de hoogste tijd dat het er komt. De eenvoudigse manier is door het Grondrechtenhandvest in het komende Europese verdrag te handhaven.
Ondertussen zijn in Iran gisteren gelukkig twee mensen niét gestenigd. Al zitten zij wel al 11 jaar gevangen. Reden: overspel. Terwijl één of beide partijen, dat is niet duidelijk, gehuwd was. Daar staat in Iran de doodstraf door steniging op, al is deze gruwelijke straf sinds 2006 niet meer voltrokken. Er zijn verschillende gronden waarop kan worden vastgesteld dat sprake is van overspel. Wanneer dat wordt geconstateerd door waarneming of wanneer een rechter dat vaststelt op andere gronden dan eigen waarneming. In dit laatste geval is het door de rechter vastgesteld, omdat betrokkenen samen een kind hebben. Hoe de rechter dat weet? Geen idee. Wellicht is een brief onderschept. In Nederland is deze hele situatie gelukkig ondenkbaar, maar in elk geval valt wat de één de ander toevertrouwt per brief gelukkig onder wettelijke bescherming. Tenzij de één de ander iets toevertrouwt per email. Dan geldt dat niet. Er zijn erg veel situaties denkbaar waarin het bijzonder schadelijk zou kunnen zijn als die wettelijke bescherming ontbreekt.
Providers die zich niet aan de algemene universele (jurisprudentiële) wetten, regels, richtlijnen, voorschriften en gedragingen houden t.a.v. e-mail, data en info naar analogie van (aard, doel en bestemming van) briefpost, dienen geen klanten te hebben of te krijgen. (Wanprestatie en contractbreuk).
‘\°_°/’ – Discussie gesloten.
“Computercriminaliteit” is de veralgemenisering; “briefgeheim” is de verbijzondering op e-mail. – ‘\°_°/’ – zo simpel.
JuZo, het is inderdaad ontzettend simpel. Je bent één van die typische gevallen van mensen die ooit rechten gingen studeren, er achter kwamen dat dit voor hen wat te hoog gegrepen was, en vervolgens gewichtige wartaal gingen uitslaan waaruit steeds weer blijkt dat het voor hen te hoog gegrepen was, maar ze zich bij dat ontzettend doodsimpele feit moeilijk konden neerleggen. Waarom ze dat doen? Kennelijk om te imponeren (waarom toch?), of wellicht vanuit een behoefte de clown uit te hangen. Dat soort mensen gebruikt gewichtige en niet bestaande woorden als algemene universele (jurisprudentiele) wetten, omdat het begrip codificatie nooit helemaal helder is geworden. En ook na vele keren uitleggen niet duidelijk wil worden, omdat het inzicht ontbreekt, dat het briefgeheim op digitale post in Nederland niet bestaat.
“Dat soort mensen”… oooh, maar “dit soort” (ooh nee, daar ga ik weer!) taalgebruik mag hier niet op dit blog hoor! Foei! Ik heb er trouwens geen problemen mee, maar ik vind het wel lekker hypocriet dat ik erop aangesproken word terwijl dit opeens wel door de beugel kan. Als we hier op het forum geen “dit soort” mogen zeggen, wees dan wel even zo consistent om iedereen erop aan te spreken.
Er zit een hele letter verschil tussen dit soort en dat soort. Maar ik wil me best tot het individu JuZo beperken, hoor! Want volgens mij heeft echt helemaal niemand anders het over algemene universele (jurisprudentiele) wetten.