Amerika wil, zo meldden de kranten vorige week, op de minstens zeven grote Europese vliegvelden – waaronder Schiphol – zijn eigen inspecteurs neerzetten om alle vertrekkende passagiers te screenen. Deze ‘immigratiebeveiliging’ zou terroristen moeten onderscheppen voordat ze Amerika bereiken. Maatschappijen die vluchten naar Amerika willen blijven verzorgen, moeten nu al uitgebreide informatie over alle passagiers naar de VS sturen om hun landingsrechten te behouden: het gaat om zaken als nationaliteit, creditcardnummer en maaltijdkeuze (terroristen eten anders dan oppassende burgers, of proef ik per ongeluk een vooroordeel jegens iedereen die geen varkensvlees wil eten?). Daarnaast leeft al langer het plan om op alle vluchten naar de VS zogeheten ‘air marshals’ te stationeren, bewapend veiligheidspersoneel dat in burger mee vliegt.
Een raar idee, natuurlijk, die Amerikaanse politie op Schiphol. Voor dergelijke controles hebben we onze eigen marechaussee: die doet zijn werk naar behoren. En sinds wanneer kan een vreemde mogendheid het recht opeisen om op Nederlands grondgebied controles uit te voeren op Nederlandse passagiers? We zijn toch geen Amerikaanse kolonie, of wel soms? Och nee, ‘t is geen eis, repliceerde de VS, maar ja, dat was het overhandigen van die passagiersgegevens ook niet. Dat was slechts economische chantage: overhandigen of we trekken je landingsrechten in. Waarop de rest van de wereld zich en masse schikte. Alleen Brazilië nam tegenmaatregelen en riep dat zij zulke gegevens dan ook wilde van alle passagiers die vanuit de VS naar Brazilië vlogen. Politiek gezien een hilarische zet, maar van privacy blijft op die manier niet veel over.
Bij de Nederlandse regering (en bij die van een paar andere Europese landen met drukke internationale vliegvelden) ligt binnenkort de vraag of ze dat Amerikaanse verzoek inwilligen. Balkenende en Donner zijn vast voor, die zagen er ook geen been in om zich tegen het verschaffen van die passagiersgegevens te verzetten. ‘Het recht op privacy is schuilplaats voor het kwaad’ zei de Groningse korpschef Welten eind vorig jaar namens de Raad van Hoofdcommissarissen. De regering lijkt het hartelijk met hem eens te zijn, vergetend dat je om één kwaaie te pakken de privacy van tienduizenden onschuldigen systematisch moet schenden.
Donner kwam afgelopen week alvast met een nieuw voorstel om cybercriminaliteit in te dammen. En passant worden daarin nieuwe bevoegdheden voor Justitie omschreven: hulpofficieren mogen plots telefonisch beslag laten leggen op gegevens van individuele gebruikers zonder dat er een rechter-commissaris aan te pas komt. (Waar telefonische bevelen toe leiden heeft een brave internet-gebruiker vorig jaar met grote schrik ontdekt: een misverstaan IP-nummer leidde tot een politie-inval, een vernielde voordeur en een onterechte verdenking van het verspreiden van kinderporno.)
Donner wil daarnaast dat de gezamenlijke providers, justitie en een auteursrechtenorganisatie dwingend kunnen adviseren over de verwijdering van illegaal materiaal op het net: zonder transparantie in de besluitvorming, zonder beroepsmogelijkheid van de gebruiker, en – erger – zonder dat enige instantie die de rechten van gebruikers in het oog houdt zijn zegje kan doen. De rechten van gebruikers komen simpelweg niet in het plaatje voor. Maar wat legaal en illegaal is is lang niet altijd duidelijk, en soms vindt een rechter zelfs dat inbreuk gerechtvaardigd is: de zaak die Scientology tegen mij heeft aangespannen wegens auteursrechtinbreuk sleept al ruim acht jaar en heeft het zelfs tot de Hoge Raad geschopt nadat het Haagse Hof oordeelde dat de vrijheid van meningsuiting in dit geval boven auteursrecht ging. Kan een klein clubje in dwingend conclaaf voortaan nu heus dergelijke complexe beslissingen voor zijn rekening nemen?
Zulke voorstellen – van Donner tot de Amerikaanse politie gestationeerd te Schiphol – maken me buitengewoon ongerust. Ze suggereren dat voor het bestrijden van criminaliteit zowat alles moet wijken, inclusief de rechten van burgers. Maar wat of wie wil je nu eigenlijk beschermen? Diezelfde burgers, toch? De slang bijt in zijn eigen staart: om gewone burgers tegen criminaliteit en terrorisme te beschermen, worden de rechten van diezelfde burgers aangetast en moeten ze steeds kleine beetjes privacy inleveren. Opsporingsbevoegdheden worden veel te gemakzuchtig verruimd (alsof opsporing ooit makkelijk kan worden), privacy wordt schaarser, en er zijn steeds minder waarborgen dat doodnormale burgerrechten fatsoenlijk worden verdisconteerd in fora waar verstrekkende beslissingen worden genomen.
Ondertussen meldt Balkenende keer op keer dat het volk haar eigen moraal moet gaan verbeteren. Spreek voor jezelf, kan ik dan niet nalaten te denken. De minister-president levert de soevereiniteit van ons land in, durft bouwfraudeurs niet aan te pakken, en verruilt concrete burgerrechten voor vage bezweringsformules als ‘nationale veiligheid’. Balkenende buigt telkenmale voor economische macht. Een geweldig moreel voorbeeld, die man.