Kinderachtige spelletjes
Stockholm, 23 januari 2001
[Vorige aflevering: Scientology’s wraak.]
DE ZAAK GAAT TOT NU TOE voorbeeldig. Gisteren en vandaag wordt bewijs onderzocht en worden getuigen aan de tand gevoeld. Zenon slaagt erin om de notaris die zijn Monkey NOTs heeft onderzocht en heeft vergeleken met Scientology’s originelen, te ondermijnen. Op veel van zijn vragen heeft ze geen antwoord. Ze heeft bijvoorbeeld niet genoteerd hoeveel hij niet gekopieerd heeft, ze wordt zelfs boos als hij daarnaar vraagt. Maar het is belangrijke informatie: het maakt het verschil uit tussen citeren en overnemen, en dus: tussen legitiem gebruik en auteursrechtinbreuk. Alexanderssons telkens herhaalde “dat weet ik niet … dat staat niet in mijn aantekeningen” wijst de rechtbank er bovendien op dat ze zich, voor het bepalen of inbreuk heeft plaatsgevonden, beter niet kunnen verlaten op iemand anders. De rechtbank zou zo’n vergelijking zelf moeten uitvoeren. Maar dat wil Scientology weer niet: het zou betekenen dat de NOTs ongemaskeerd moeten worden ingeleverd.
Bovendien betrapt Zenon haar. Waar ze eerder onder ede heeft verklaard dat ze een steekproef uit de tweehonderd Monkey NOTs heeft gemaakt en die selectie met de originelen heeft vergeleken (en zowat honderd procent was auteursrechtinbreuk), nu zegt ze dat ze simpelweg bovenaan de stapel is begonnen en alles terzijde heeft gelegd wat geen inbreuk leek. En dat ze “makkelijk kon herkennen” wat wel een inbreuk was. Claimde ze eerder niet dat ze woord voor woord had vergeleken?
We luisteren naar tapes van haar vorige verhoor, uit 1998. Verdomd. Betrapt.
EEN ANDERE GETUIGE, Thomas Small, wordt ook betrapt. Hij heeft in 1998 uitgelegd hoe de contracten tussen CST (die van de erven Hubbard de copyrights overgedragen kreeg) en RTC in elkaar staken. Hij was ingehuurd als deskundige. Wat hij er niet bij vertelde, was dat-ie op het moment dat hij getuigde in dienst was van RTC. En volgens de Amerikaanse wet mag je, als advocaat, niet tegen je werkgever getuigen. Met andere woorden: de man was niet neutraal maar hopeloos gekleurd, en zijn verhaal is daarmee waardeloos geworden.
Ook de computerdeskundige die eerder getuigde dat een bepaalde posting van Zenon op alt.religion.scientology onmogelijk een vervalsing kon zijn – een posting van mei 1998, waarin Zenon aankondigt de NOTs te zullen posten – moet nu op zijn verhaal terugkomen. Nieuwsberichten vervalsen is eigenlijk niet zo moeilijk. Hij moet dat wel toegeven, want afgelopen maand dook er op a.r.s een posting op met exact dezelfde gegevens in de headers, een posting die zogenaamd vanaf Zenons toenmalige en inmiddels opgeheven account was verstuurd en die getekend was met de naam van deze getuige… Evident een vervalsing. Maar hijzelf claimde eerder dat zulks vrijwel onmogelijk was.
MAGNUSSON WIL MCSHANE opnieuw laten getuigen. We weten waarom: Magnusson wil de schade die Zenon RTC inmiddels heeft toegebracht, beperken. Zenon heeft McShane immers laten zeggen hoeveel mensen OT2 en OT3 officieel hebben bestudeerd, en hoeveel ze daarvoor moeten hebben betalen. Onder de Zweedse wet – ook de Nederlandse, trouwens – moet elke tekst, of-ie nu officieel is uitgebracht of niet, per definitie als gepubliceerd beschouwd worden als er commercieel gebruik van wordt gemaakt. En de status ‘gepubliceerd’ krijgen toegeschreven is nu net wat RTC wil verhinderen: immers, zodra de rechtbank besluit dat OT2, OT3 en de NOTs als gepubliceerd beschouwd moeten worden, mag iedereen kopieën voor eigen gebruik maken en mag men publiekelijk uit die teksten citeren.
Magnusson neemt het woord. Hij wil weten hoeveel kopieën RTC zelf heeft gemaakt van OT2 en OT3; dat blijken er respectievelijk honderd en honderdvijftig te zijn. McShane wil maar zeggen: dat is toch verspreiding in kleine kring, nietwaar? (Wanneer een tekst slechts ‘in kleine kring verspreid is’, is dat weer een argument tegen die officiële status van ‘gepubliceerd zijn’.) En die vertalingen van de OTs en NOTs? Oh, maar die vallen onder die honderd kopieën, zegt McShane glunderend.
Hoe zit dat nu met die betaling, gaat Magnusson verder. Moeten Scientology auditors betalen voor hun studie van de NOTs? Pertinent niet, zegt McShane; deze auditors zijn in dienst van Scientology en ze bestuderen deze NOTs als onderdeel van hun opleiding. Ze betalen niet.
FUCK, DENKEN WIJ. Als dat echt zo is… En tegelijkertijd geloven we er geen zier van. Binnen Scientology moet je werkelijk voor alles betalen, zelfs voor je eigen Security Checks, en dit zou dan ineens gratis zijn? Als het Zenons beurt is om McShane aan de tand te voelen, doet Zenon zijn uiterste best om de waarheid boven tafel te halen.
“U stelt dat Class IX auditors niet betalen om de NOTs te bestuderen?”
“Dat is correct.”
“Doen ze dan wellicht een verplichte donatie?” (In Scientology heet iets nooit een betaling. Leden doen ‘verplichte donaties’.)
“Nee,” zegt McShane. “Onze auditors betalen niet voor de studie van de NOTs.”
Zenon en ik zakken ongelovig terug in onze stoelen. Dit kan niet waar zijn.
Zenon doet nog een poging. “Zijn deze auditors de enigen die de NOTs mogen bestuderen?” We hopen dat er meer mensen zijn, en dat zij wel betalen.
“Nee,” zegt McShane. “Zij zijn de enigen die deze NOTs onder ogen krijgen.”
Ik vloek inwendig. We worden bedrogen, maar verdomd als ik weet hoe.
VANDAAG IS DE EEN na laatste zittingsdag. Morgen en donderdag zijn we vrij, en pas vrijdag zijn de slotpleiten. Dat betekent onder andere dat we de serie van tien mappen die Magnusson afgelopen vrijdag zo gul uitdeelde, nu moeten meebrengen. Godlof is een supporter komen opdagen die ons wil helpen dragen. Op mijn schoot is geen plaats meer.
We pakken een van de kartonnen dozen waarin de mappen zijn aangekomen en stoppen de mappen erin. Pas als we thuisgekomen zijn, bekijken we de doos beter. Het is een doos van een Californische firma in advocaatbenodigdheden, McShane moet ze hebben meegenomen. Op de zijkant staat: Legal Source Inc. – The total litigation source company. “Total litigation”? Christus. Ze leveren vast ook de gevangenis erbij.
MET ONZE SUPPORTER gaan we naar een café om op adem te komen. Na een paar minuten komt er een vrouw binnen die hier qua kleding niet echt past. Ze gaat zo zitten dat ze ons goed kan zien en pakt een krant, die ze niet leest. Gisteren hadden Zenon en ik ook al de indruk dat we gevolgd werden, nu zijn we het zat. We bedenken een plan. Zenon vertrekt zogenaamd en omhelst onze supporter en mij uitgebreid; dan verlaat hij het café. Binnen een halve minuut vouwt de vrouw haar krant op en vertrekt ook. Wij bellen Zenon op zijn mobieltje om hem te waarschuwen.
Eenmaal buiten treft Zenon een man die zomaar wat rondhangt. Nadat Zenon hem is gepasseerd, kuiert de man in dezelfde richting. Na een tiental meter stopt Zenon ineens en draait zich om, alsof hij zoekt waar hij naartoe moet. De man wisselt een snelle blik met een tweede vrouw iets verderop. Na een paar seconden loopt Zenon weer terug naar waar hij vandaan kwam. Nu volgt de tweede vrouw hem. De vrouw van het café loopt nog voor hem. Ze maakt spoorslags rechtsomkeert als ze Zenon ziet en gaat voorbij het café naar een winkelraam staan kijken. Een andere man volgt Zenon. De tweede man gaat bij de winkelkijkende dame staan; ze wisselen een paar woorden. Zenon passeert ze, loopt verder, houdt stil en draait zich weer om. Het stel draait ook om en loopt weg. Nu loopt Zenon achter hen aan.
Hij haalt ze in en houdt ze staande. “Kunnen die kinderachtige spelletjes achterwege blijven? NU?” De vrouw schrikt. “Eh, ik begrijp niet waar je het over hebt,” zegt ze. Een idioot antwoord – want iedereen die echt niet weet waar-ie het over had, zou zeggen: “Spelletjes? Pardon? En wie ben je?” Ze heeft zich verraden.
Zenon draait zich om en loopt weer terug naar het café. Als we later per taxi vertrekken, worden we achtervolgd door een witte Volvo.
[Volgende aflevering: Onaanvaardbare waarheden.]