ZELF DEED IK het met haar jongere zusje, Skipper. Die had een garderobedoos waarin je haar kon opbergen als spelen niet leuk meer was. Dan hing je Skipper in haar standaard, duwde de twee zijpanelen annex klerenkasten van de doos dicht en sloot het grendeltje. Vaag herinner ik me dat er laatjes in die doos zaten voor het opbergen van pietepeuterige troepjes als kammen, borstels, huisdieren en zacht-rubberen schoentjes. En je moest inderdaad verdomde goed opletten dat je dat minuscule spul niet kwijtraakte; die schoentjes waren nog geen anderhalve centimeter groot. Veel deed ik niet met Skipper, geloof ik. Wat met de kleertjes tutten en na gedane arbeid haar schoenen trachten terug te vinden. Soms haakte ik een jurk voor haar. Met Barbie zelf had ik helemaal niets. Lego vond ik veel leuker.
Die desinteresse schijnt uitzonderlijk te zijn. Barbie is in honderdmiljoenenvoud uitgezet en wereldwijd spelen er miljoenen kinderen met haar. En honderdduizenden volwassenen die zelfs Barbie-beurzen afschuimen in de hoop oude modellen te kunnen of missende onderdelen te kunnen aanschaffen. Sinds ik bezig ben met het bewerken van een Barbie-vertaling (Voor altijd, je Barbie) weet ik meer van het popje dan ooit. Bijvoorbeeld dat het tegenwoordig mode is om veel Barbies te hebben – zes of zeven exemplaren is heel gewoon – en daarbij dan één Ken, die vooral als voetveeg voor de Barbies wordt gebruikt. Ken moet de auto voorrijden. Ken wordt gecommandeerd. Ken is de huisknecht. Ken mag de dames naar hun auto begeleiden en moet dan zelf thuis blijven. Ken is Assepoes.
Wraak, denk ik dan meteen, da’s wraak. Al die meisjes die flink hun gram halen. Lekker hun eigen regels maken en de jongens mogen niet meedoen, hooguit toekijken en hand- en spandiensten verrichten. Op commando.
Al dat gedoe rond uiterlijk en modieuze ensembles en beroepsuitrustingen – hoogst vrouwelijk, naar verluidt – blijkt een stevige leerschool voor feministen. Zelfs Gloria Steinem begon als Barbie-fan, begrijp ik uit het boek. In haar jonge jaren streefde ze zelf een vergelijkbaar uiterlijk na en schreef ze over hoe dat Barbie-ideaal te bereiken was: The Beach Book, een lijvig werk dat geheel gewijd was aan de vraag hoe je er mooi uitziet in een badpak en de aandacht van het schepsel man op het strand op jezelf weet te vestigen. ‘Niets is zo voorbijgaand, zo nutteloos en zo volmaakt begeerlijk als een gebruinde huid,’ merkt Steinem erin op. ‘Een bruine huid zorgt dat je er goed uitziet, en dat rechtvaardigt alles.’
Tientallen jaren voordat Jane Fonda en Barbie zelf de markt veroverden met hun aerobic video’s, schreef Steinem haar vrouwelijke lezers al een strak trainingsschema voor: ze moesten dagelijks twintig armbuigingen maken onder het uitspreken van de onsterfelijke woorden ‘I must… I must… I must develop my… bust’. Verder propageerde ze in haar boek oefeningen als: ‘Zuig aan de muis van je hand. Dit maakt dunne lippen voller, volle lippen steviger en dikke wangen slank.’
Het is daarna alleen maar beter met Steinem gegaan. Met Barbie trouwens ook. Steinem werd een wereldberoemd schrijfster en een gevierd feministe; Barbie bleek een ondernemend rolmodel en was al in de jaren zeventig een succesvol pilote. Alletwee nooit getrouwd, geen kinderen, maar wel de wereld rondreizen en uiterst gevarieerd werk doen. Dat zijn pas vrouwen. (Jammer trouwens dat er nooit een Construction Worker Barbie is geweest. Maar ja, in Barbies upper middle class chic past een vliegtuig wel, en kniebeschermers, een drilboor of een bouwvakhelm niet.)
‘t Is een fantastisch en onderhoudend boek. Koopt allen, en zo. Maar de rol die Ken in het geheel speelt: die blijft me dwarszitten. Niet omdat hedendaagse meisjes hem zo ongeïnteresseerd verwaarlozen of wraakzuchtig uitbuiten, en al evenmin omdat Mattel Ken jaar in, jaar uit slechts heeft gepromoot als privébezit, als een van de vele eigendommen van Barbie, en nooit als een zelfstandig personage. Wat ik zonde vind is hoe de schrijfster zelf Kens betekenis bagatelliseert.
In haar Barbie-biografie beschrijft Lord mooi hoe allerhande meisjes – en soms vrouwen – hun eigen projecties op Barbie loslaten en de pop geheel naar eigen hand zetten. Iedereen gebruikt de pop om hun eigen voorliefdes op los te laten. Meisjes vernielen Barbie, feministen maken een vals persbericht over een niet-bestaande Hacker Barbie (een wizz-pop met laptop), zwarte meisjes identificeren zich met Black Barbie of met Hispanic Barbie. Ze fotograferen Barbie en fantaseren zichzelf tot topfotograaf; ze trekken Barbie van alles aan en fantaseren zichzelf tot topmodel. Cineasten maken animatiefilmpjes met Barbie in de hoofdrol, op het web zit een homepage met lesbische Barbies (compleet met bondage-act) en actievoerders verwisselen de teepjes van He-Man en Barbie.
En zou dat met Ken niet gebeuren? Lord schrijft dat hij door veel meisjes in Barbies kleding gehesen wordt, maar dat spreekt voor zich (die van hemzelf is immers akelig saai). Maar wat doen jongens met Ken, of liever: mannen? Laten die nooit hun fantasieën op de pop los? Ik heb al zo vaak verhalen gehoord over volwassen homofielen die een Ken op hun nachtkastje hebben staan. Soms in uniform, soms in full drag (er zijn ook in Kens maat vast glamourpruiken te vinden). Mattel had dat beter door dan Lord: ze brachten ooit een Earring Magic Ken uit, die eruit zag alsof hij regelrecht op weg was naar de homobar.
Daar had ik graag meer over gelezen.
ik kom haast nooit op barbiebeurzen.ik heb wel een paar van vroeger. De barbies die nu in de winkel staan vind ik minder leuk dan die van vroeger.